Poëzie-Leestafel Poëzie-Leestafel
  • Poëzie
    • Overzicht A-B-C-D
    • Overzicht E-F-G-H
    • Overzicht I-J-K
    • Overzicht L-M-N
    • Overzicht O-P-Q-R-S
    • Overzicht T-U-V
    • Overzicht W-X-Y-Z
    • Thema's
  • Gedicht uitgelicht
  • Biografieën
  • Recensies bundels
  • Poëzie schrijven
  • Linken
  • Forum
  • Zoeken
  1. U bevindt zich hier:  
  2. Startpagina
  3. Recensies en poëziebundels
  4. James Joyce



Recensie, geschreven door Karel Wasch, over de dichtbundel


Poëzie voor een prik
(Pomes Penyeach)

van

James Joyce



James Joyce (1882-1941), de grote Ierse schrijver van Dubliners, Portrait of the Artist as a Young Man, Ulysses en is veel minder bekend geworden door de gedichten, die hij schreef. Toch had hij al in 1907 de bundel Chamber Music gepubliceerd, die door W.B.Yeats geprezen werd om zijn zangerigheid. Pas in 1927 verscheen Pomes Penyeach, wat letterlijk betekent: Gedichten voor een penny per stuk. De bundel kostte één shilling, destijds twaalf penny. Omdat er 13 verzen in de bundel staan, kreeg de lezer dus één gedicht cadeau. Pomes wordt ongeveer uitgesproken als het Franse 'bommels,'  appels. De Franse uitgave had een appelgroene kaft en deze Nederlandse ook, min of meer. De bundel verscheen na Ulysses, zijn magnus opus, en werd kritisch ontvangen. Ezra Pound, de modernistische dichter, had Joyce aangeraden de bundel achterwege te laten. "Tamelijk mager spul na Ulysses, Jimmy," schreef hij aan Joyce na de teleurstellende receptie van de verzen. Joyce wijdde zich verder aan het schrijven van Finnegans Wake, het hermetische werk, dat zijn naam blijvend zou vestigen.


De gedichten moeten natuurlijk in het Engels/Iers worden gelezen, maar ik beperk me tot de fraaie vertaling van meester-vertaler Paul Claes:


Alleen

Het gouden maaswerk van de maan
Komt 's nachts haar webben weven,
De lampen in het droommeer gaan
Als goudenregen beven.

De sluwe rietzoom fluistert tot
De nacht een naam- haar naam-
Mijn ziel is zwijmelend genot
Waarover ik me schaam.


Een melancholisch gedicht. Omdat Joyce ingevoerd was in mythologie een verwijzing in de tweede strofe naar Koning Midas. De koning verborg zijn ezelsoren onder een muts, maar zijn hofkapper verraadde het geheim toe aan een kuil. Jaren bleef het stil totdat, het riet dat in de kuil groeide achtte zich ontheven van de plicht tot zwijgen. Het fluisterde het geheim in de wind. Joyce heeft het daarom over de sluwe rietzoom. In 1928 werd het gedicht door de bekende critica Rebecca West besproken in Bookman: It dit gedicht blijkt, dat James Joyce een groot man is, met niet de minste smaak. Het zal je maar gezegd worden...!


Bahnhofstrasse

Spotogen wijzen mij de baan
Die ik bij avondval moet gaan.

De grauwe baan verlichten fel
De sterren van weerzien en vaarwel.

Ach, ster van kwaad!'  ster van verdriet!
De hooghartige jeugd vervliedt

En 't hart is niet zo oud en wijs
Om spot te merken bij mijn reis.


Reeds in 1917 had Joyce een aanval gehad van staar (glaucoom). Later zou hij ondanks diverse operaties bijna blind worden. Samuel Beckett trad zelfs een tijd op als de secretaris van Joyce, omdat de woordkunstenaar nauwelijks meer kon schrijven of typen. Joyce dicteerde stukken proza. Aanvankelijk dacht Joyce, dat het door ouderdom kwam dat hij minder zag. In de Engelse tekst wordt 'star' gebruikt wat in het Duits staar betekent.(Star). De sterren van weerzien en vaarwel zijn aanduidingen van de Morgen- en Avondster. Dat zijn op hun beurt weer twee gestalten van Venus, de liefdesplaneet.  De lezer merkt waarschijnlijk al dat het simpele gedicht veel geheimen herbergt, net zoals veel bladzijden uit Ulysses en ook uit Finnegans Wake vaak heuse cryptogrammen zijn.


Zij weent om Rahoon

Regen valt zacht op Rahoon, zacht valt hij
Waar donker mijn liefste ligt.
Droef is zijn stem die droevig roept naar mij
In grauw maanlicht.

Hoor, lief, hoe zacht,
Hoe droef zijn stem die roep aldoor herhaalt,
Vergeefs herhaalt, en regen donker daalt
Toen en vannacht.

Donker en kil ligt straks, mijn lief, ons hart
Waar mijn hart heeft gelegen
Onder maangrauw netels, aarde zwart
En morrende regen.


In 1912 bezocht Joyce met zijn vrouw Nora Barnacle, het Rahoon Kerkhof van de stad Galway. Op deze dodenakker lag het graf van Michael Bodkin. Hij was een jeugdvriend van Nora. Joyce had hem model laten staan voor Michael Furey in The Dead. Dat verhaal staat in de bundel Dubliners van Joyce. Hoe droef zijn stem die roep aldoor herhaalt etc. is een veel aangehaalde zin uit dit gedicht.

Deze mooie uitgave van de veelbelovende uitgeverij Koppernik is een parel en zeker belangrijk, omdat veel mensen de verzen van Joyce juist niet kennen. Veel complimenten ook voor Paul Claes, die zo langzamerhand een van de meest behendige vertalers is geworden van de Lage Landen.

ISBN 9789492313195 | Paperback | 46 pagina's | Uitgeverij Koppernik | oktober 2016
Vertaald door Paul Claes

© Karel Wasch, 16 december 2016

Lees de reacties op het forum en/of reageer, klik HIER


Schrijvers (Alfabetisch)

  • Barney Agerbeek
  • Mirjam Al & Merik van der Torren
  • Dirk van Babylon
  • Boudewijn Bakker e.a. (samenst.)
  • M. Bakker
  • Jan de Bas & Arie Bijl (samenst.)
  • Charles Baudelaire
  • Gerard Beense (samenst)
  • Norbert De Beule
  • Bert Bevers
  • Catharina Blaauwendraad
  • Kurt de Boodt
  • Pieter Boskma
  • Inge Boulonois
  • Wim Brands
  • Désanne van Brederode-desanne-van
  • Chrétien Breukers
  • Anne Broeksma
  • Jorien Brugmans & Jan J.B. Kuipers
  • Pieter de Bruijn Kops
  • Yosa Buson
  • Iris Van de Casteele
  • Bart Chabot
  • Paul Claes
  • Jan van Coillie (samenst.)
  • Herman de Coninck
  • Emma Crebolder
  • Manja Croiset
  • Coen Cuijpers
  • Jules Deelder
  • Jenny Dejager
  • Hans Dekkers
  • Thierry Deleu
  • Paul Demets
  • Ann Dewulf
  • Charles Ducal
  • Jan Ducheyne
  • Remco Ekkers
  • Myriem El-Kaddouri
  • Huib Fens
  • Fernand Florizoone
  • Lies Van Gasse
  • Piet Gerbrandy
  • Jan Glas
  • Leni De Goeyse
  • Els de Groen
  • Luuk Gruwez
  • Albert Hagenaars
  • Peter Handke
  • Elma van Haren
  • Erik Jan Harmens
  • Yahya Hassan
  • Jolies Heij
  • Hein Heijnen en Merik van der Torren
  • Tine Hertmans
  • Ingmar Heytze
  • Marlène Hommes
  • Ton Honig
  • Eric van Hoof
  • Mieke van Hooft
  • Philip Hoorne
  • Geert van Istendael
  • Janine Jongsma
  • W.A. Jonker
  • James Joyce
  • Elis Juliana
  • Jan Kleefstra
  • Martin Knaapen
  • Joz Knoop
  • Anton Korteweg
  • Frans Kuipers
  • Sjoerd Kuyper
  • Liesbeth Lagemaat
  • Synne Lea & Stian Hole
  • Boelie van Leeuwen
  • Bert Lema
  • Peter van Lier
  • Gerry van der Linden
  • Gert Lubberts
  • Jan Lauwereyns
  • Djordje Matic
  • Mark Meekers
  • Sander Meij
  • Koos Meinderts
  • Jeroen Messely
  • K. Michel
  • Wam de Moor
  • Els Moors
  • Jila Mossaed
  • Roelof ten Napel
  • Leonard Nolens
  • Cees Nooteboom
  • Edith Oeyen
  • Fred Papenhove
  • Mirko Petrovic
  • Cees van der Pluijm
  • Maria Riksten-Brouwer
  • Paul Roelofsen
  • Brigitte Spiegeler
  • Rim Sartori / Ivo Winnubst
  • Annemarie Sauer
  • John Schoorl
  • Margreet Schouwenaar
  • Ali Serik
  • Arjen Sevenster
  • Hans Sleutelaar
  • Koen Snyers
  • M. Som
  • Alja Spaan
  • Bert Staal
  • Ina Stabergh
  • Ina Stabergh
  • F. Starik
  • Etienne van der Steen
  • Ruth van de Steene
  • Yentl van Stokkum
  • Ivo van Strijtem
  • Peter Swanborn
  • Hans Tentije
  • Peter Theuyninck
  • Mark van Tongele
  • Chris de Valk
  • Jabik Veenbaas
  • Edward van de Vendel
  • Paul Verlaine
  • Rian Visser
  • Elly de Waard
  • Karel Wasch
  • Anneke Wasscher
  • Levi Weemoedt
  • Rogi Wieg
  • Atze van Wieren
  • Pom Wolff
  • Peter Wullen
  • Jan Wouters
  • Diverse dichters & illustratoren
  • Pamfletreeks
  • Rini van Zaanen
  • Rob Van de Zande
  • Diverse dichters
  • Lilian Zielstra
  • Henk van Zuiden
  • Cilja Zuyderwyk
  • Joost Zwagerman

Copyright © 2004-2025 Poëzie leestafel  -  Alle rechten voorbehouden.
Niets van deze site mag ter publicatie worden overgenomen.
Indien nodig kunt u contact opnemen met de beheerder van Leestafel, e-mail: dettie@poezie-leestafel.info