http://www.jokevanleeuwen.com/
Alle wriemeldiertjes
alle wiebeldiertjes
alle kruip- en kriebeldiertjes
zitten verstopt in het hoge gras.
Ik zou maar op mijn tenen lopen
als ik jou was.
Joke van Leeuwen
Uit: Ozo heppie en andere versjes
Amsterdam: Querido, 2000
Me sokke sakke so...
Me sokke sakke so
me sokke sakke so
me sokke sakke somaar op me voete
se o se sakke so
se o se sakke so
souen er soms stiekelties in moete?
Joke van Leeuwen,
Uit: Ozo heppie en andere versjes
Amsterdam: Querido, 2000
(afb. van gelijknamige
theatervoorstelling)
Wil je met me naar...
Wil je met me naar
toejeweetwel
toejeweetwel?
Wil je met me naar
toejeweetwelwaar?
Ja, ik wil met jou
naar hoeheettut,
naar hoeheettut.
Ja, ik wil met jou
naar hoeheettutnou.
Gaan we samen in de dinges
en de weetnietmeerzovlug,
even in de komwatwasset
en dan weer naar huis terug
Joke van Leeuwen
Uit: O zo heppie en andere versjes
Querido 2000
Eens daverend eruit gedaan
Dat aangevangen te bestaan
uit ketens moeders, voorgoed
moeders, wetend van hoe
onbedaarlijk baarlijk zij zijn
losgebonden.
Joke van Leeuwen
uit: Wuif de mussen uit
Querido 2006
Ik was veel kleiner dan de stad...
Ik was veel kleiner dan de stad
en schrok nog van bedelaars
waar altijd iets niet meer aan zat.
De winkels waren hemelhoog met
witte bergen onderbroeken, waarin
gegraaid werd van het zoeken tot
handen hadden. Ik vergat de weg
die ik niet had geleerd en
liep verkeerd. een vrouw gerimpeld
van bestaan, vroeg of ik met haar op
wou gaan, want anders viel zij om.
We liepen samen krom,
als een gezinnetje van zotten.
Zij wist de weg, ik droeg haar oude botten.
Joke van Leeuwen
uit: Vier manieren om op iemand te wachten
cyclus 'Kind in Brussel'
Amsterdam Querido 2001
Ze zijn gevallen.
Ze braken stuk.
Ik heb ze gelijmd.
't is bijna gelukt.
Ik heb drie beestjes,
drie beestjes van steen.
Een volentje,
Een veukentje,
Een vargeltje
Joke van Leeuwen
Uit: Ozo heppie en andere versjes
Amsterdam: Querido, 2000
Joke van Leeuwen
uit: Wuif de mussen uit
Querido (2006)
Iemand, in gras, roepend als weer een
kind, tegen de wind, ga liggen! Want dan
zal de wind even naast die gaan liggen
en die naast de wind, wachtend op
god-weet-waar gewaaid, toch?
Iemand die zegt: er is iets, maar wat is
is, wat iets, wat er, weet ik veel, moet dat,
die zegenend, perkament pratend van
maaksel, ontferming, dagzeggend aan
wie nog niet, zich laat bewaren.
En ergens daarbuiten, al duizenden jaren
een rijzige linde vergroeid met een eik,
hout houdt hen vast, met ergens
daarbinnen, vermoed onder schors
hun handen.
Joke van Leeuwen
uit: Wuif de mussen uit
(Querido 2006)
Joke van Leeuwen
uit: Laatste lezers,
Amsterdam Querido, 1994
Joke van Leeuwen,
Uit: Ozo heppie en andere versjes
Amsterdam: Querido, 2000
Moet ik wat ik denk?
Denk ik wat ik moet?
Moet ik wat ik wil en doe ik wat ik moet wel goed?
Zeg ik wat ik wil?
Wou ik wat ik zei?
Wou ik ook bij jou wat jij zei dat je wou bij mij?
Hou ik dan van jou?
Wou je dat ik zou?
Weet ik dat ik zei dat ik het zou wanneer ik wou?
Weet ik wat ik ben?
Ben ik wat ik weet?
Weet ik wat ik ken en wat ik kon als ik dat deed?
Mag ik wat ik wil?
Wil ik wat ik mag?
Dacht ik wat ik wou en wat ik mocht dat ik dat zag?
Weet ik wat ik zie?
Zie ik wat ik zul?
Zul ik wat ik kannen zou en weet ik dat ik lul?
Wul ik wat ik kou?
Kauw ik wat ik eet?
Weet ik wat ik at en deed ik dat als ik dat deed?
Voel ik wat ik heb?
Hoel ik wat ik veb?
Zoel ik wat ik doe wanneer ik dee dat ik het deb?
Zoals ik dat zei
zeik ik dat weer zo.
Wul ik dat ik kon dat ik zol donken wat ik ko!
Ho...
Joke van Leeuwen
uit: Vier manieren om op iemand te wachten,
Querido 2001