Wekenlang gaat het vallen vanuit almaar
kwistig wordt leven zelden rondgestrooid.
Hoe tomeloze drift onder zolen kraakt
en knapt. Al die geduldig opgeblonken
minuskule houten kistjes met binnenin
rantsoen voor onderweg en na miljoenen
jaren koppig deze zelfde boodschap die
aan aarde wordt bezorgd: het feilloze
plan voor het bouwen van een rode beuk.
Marc Tritsmans
uit: De Vlaamse Gids 1996/4
Dit uitzicht heeft zich dus honderd jaar eerder
haar daar zag liggen. Bij deze zee van
millennia kan ik even weer naast hem op die
bruinige foto. Hij knikt verstrooid als ik me
voorstel en neuriet verder een liedje dat ik
later nog wel van zijn kleindochter leer.
Marc Tritsmans
uit: Onder bomen,
uitgeverij Lannoo, Tielt 1994
Ik zie hen naast elkaar gehurkt
Ze fluisteren en ik hoor hen lachen
maar gedempt: ze delen de geheimen
waar ik voor altijd buiten sta. Dit
zijn mijn vader en mijn zoon maar
van de zestig jaren tussen hen in
is er geen spoor dat nog naar mij
verwijst. Ze verdwijnen in elkaar
zoals de glimmende kastanjes
vanzelfsprekend verdwijnen
in hun broekzakken.
Marc Tritsmans
uit: De wetten van de zwaartekracht,
uitgeverij Lannoo, Tielt 1992
Boven de heuvels hangt een gele rookpluim
boomgaard. Olijven wachten ongeduldig op
een hand die plukt. De laatste dagen vallen
bekers uit de kasten, zit er 's morgens plots
een nieuwe scheur dwars door alle kamers
heen. Maar hoe kunnen we dit dorp verlaten
waar alle doden rusten. Terwijl landschap wil
vervagen: onder lagen stof en as wordt het grijs
en onherkenbaar toegedekt. Morgen vertrekken
vrouw en kinderen. Mij laat dit huis niet gaan.
Marc Tritsmans
uit: Sterk water,
uitgeverij Lannoo Tielt 2000