gedichten over kleur
gedichten over kleur
Geplaatst: 01 jan 2007 10:24 pm
Leuk thema in deze januarimaand 2007.
Daar zijn vast gedichten over te vinden.
Hier een waarvoor Leestafel al de toestemming kreeg, zie het item:
EEN TOCHT IN DE KLEURENWERELD
Ik schilder de honden blauw
de vogels worden groen
ik zet ze in rode bomen
in het zwarte bos
Het hoofd van mijn vriend kleur ik geel
nee het is geen chinees, want die worden purper
als ze paarse rijst eten
onder de grijze zon
Ik zie een regenboogkikker
in de gouden sneeuw springen
ik kus hem op de zilveren kop
daar is mijn mooie kleurenprinces.
Tom van Dam,
uit ik schilder de honden blauw,
uitgeverij De Stiel/Ago
Nijmegen/Diemen 2000
Tiba
Leuk thema in deze januarimaand 2007.
Daar zijn vast gedichten over te vinden.
Hier een waarvoor Leestafel al de toestemming kreeg, zie het item:
EEN TOCHT IN DE KLEURENWERELD
Ik schilder de honden blauw
de vogels worden groen
ik zet ze in rode bomen
in het zwarte bos
Het hoofd van mijn vriend kleur ik geel
nee het is geen chinees, want die worden purper
als ze paarse rijst eten
onder de grijze zon
Ik zie een regenboogkikker
in de gouden sneeuw springen
ik kus hem op de zilveren kop
daar is mijn mooie kleurenprinces.
Tom van Dam,
uit ik schilder de honden blauw,
uitgeverij De Stiel/Ago
Nijmegen/Diemen 2000
Tiba
Laatst gewijzigd door Dettie op Za Mar 14, 2009 13:45, 1 keer totaal gewijzigd.
Geplaatst: 03 jan 2007 09:22 pm
RHAPSODY IN BLUE (fragment)
o blauw water
op het zenit
van mijn ogen
de piano schept een duivels genoegen
in haar duivels ritme
the man i love
is daar
o man
o porgy
porgy and bess
de pianist is plots zijn handen kwijt
daarom speelt hij met zijn tong
op het klavier
van zijn tanden
rhapsody
so blue
inderdaad
zo angstig blauw
als de dauw
aan de wimpers
van
george gershwin
hij warmt in armoe zijn handen
aan de hete klanken
van summertime
Willem M. Roggeman
uit: Gedichten 57/70,
Standaard Uitgeverij,
Antwerpen/Nijgh & Van Ditmar, Rotterdam, 1972
Dit gedicht stond al bij de auteur, ook even onder dit thema geplaatst.
Tiba.
RHAPSODY IN BLUE (fragment)
o blauw water
op het zenit
van mijn ogen
de piano schept een duivels genoegen
in haar duivels ritme
the man i love
is daar
o man
o porgy
porgy and bess
de pianist is plots zijn handen kwijt
daarom speelt hij met zijn tong
op het klavier
van zijn tanden
rhapsody
so blue
inderdaad
zo angstig blauw
als de dauw
aan de wimpers
van
george gershwin
hij warmt in armoe zijn handen
aan de hete klanken
van summertime
Willem M. Roggeman
uit: Gedichten 57/70,
Standaard Uitgeverij,
Antwerpen/Nijgh & Van Ditmar, Rotterdam, 1972
Dit gedicht stond al bij de auteur, ook even onder dit thema geplaatst.
Tiba.
Geplaatst: 04 jan 2007 08:15 pm
Rood en blauw
Hoe groot kan een verlangen groeien
opdat het niet sterft
van honger of van dorst
onder een onverschillige hemel?
Nog hangen er flarden licht in de lucht
vreemde vormen, transfiguraties
en een duizeling van blauw
overrompeld door het rood
- onaangetast nog?
Germain Droogenbroodt
uit: Tegenlicht
Point nr. 66
Tiba.
Rood en blauw
Hoe groot kan een verlangen groeien
opdat het niet sterft
van honger of van dorst
onder een onverschillige hemel?
Nog hangen er flarden licht in de lucht
vreemde vormen, transfiguraties
en een duizeling van blauw
overrompeld door het rood
- onaangetast nog?
Germain Droogenbroodt
uit: Tegenlicht
Point nr. 66
Tiba.
Geplaatst: 05 jan 2007 05:43 pm
Van der Kleuren
De zon begint de plaatjes weer te lezen
op de deuren,
glimlacht om de namen naar hun wezen
en fluistert: hier is er geen.
Maar hier woont Van der Kleuren
en die is nooit alleen.
Doopt hij de kleuren in het water
zij worden nimf en hij is sater.
Houdt hij de kleuren naar het licht,
‘Kets’ zegt de vonk en wordt gedicht.
En slaapt die kleurenzuchtige man?
Van kleuren zonder kleren droomt hij dan!
Pierre kemp
uit: Tirade 200, jaargang 1974,
Van Oorschot, 1974
Van der Kleuren
De zon begint de plaatjes weer te lezen
op de deuren,
glimlacht om de namen naar hun wezen
en fluistert: hier is er geen.
Maar hier woont Van der Kleuren
en die is nooit alleen.
Doopt hij de kleuren in het water
zij worden nimf en hij is sater.
Houdt hij de kleuren naar het licht,
‘Kets’ zegt de vonk en wordt gedicht.
En slaapt die kleurenzuchtige man?
Van kleuren zonder kleren droomt hij dan!
Pierre kemp
uit: Tirade 200, jaargang 1974,
Van Oorschot, 1974
Geplaatst: 05 jan 2007 06:51 pm
Kleuren
Rood
Het terras lag soms blank van het water
en in mijn herinnering steeds
blinkend rood
maar in waarheid vaak bemost.
Roze
De bleekroze bloemen op oma’s servies
ik kneep er uit een tube hardvochtig mayonaise op.
Het behang van de kamer van de meid.
Het gezicht van mijn lievelingspop
Die brak toen ik zes werd.
Oranje
Een sinaasappel
voor de eerste fruitpap van mijn oudste zoontje
in het oranje bord
In de koralen kinderkamer
zijn pril protest
Geel
Een lepel in een ei
de dooier loopt over de witte
porseleinen rand
Groen
De muntdrank met ijs die mijn moeder bracht
omdat ik hard studeerde
De ogen van mijn eerste lief
het kroos van de vijver waarin mv verdronk
Blauw
Kobaltblauw de flessen op de schoorsteenmantel
en de mantel van het oud mariabeeld
de kristallen voor het raam
en de lucht na regen in april
Violet
Een zeldzame kleur in mijn kindertijd
de zijden bloeze in de kast op zolder
En het eerste rouwlint die ik zag
paars met goud rond witte lelies
Zwart
Zwart heeft vele tinten
diep en vaal en dof en schitterend en blinkend
Het zwartst is het zwart met mijn ogen
dicht voor ik slaap
Patricia Lasoen
Uit: De Witte binnenkant. 1980-1982.
Antwerpen: Manteau 1985.
Dettie
Kleuren
Rood
Het terras lag soms blank van het water
en in mijn herinnering steeds
blinkend rood
maar in waarheid vaak bemost.
Roze
De bleekroze bloemen op oma’s servies
ik kneep er uit een tube hardvochtig mayonaise op.
Het behang van de kamer van de meid.
Het gezicht van mijn lievelingspop
Die brak toen ik zes werd.
Oranje
Een sinaasappel
voor de eerste fruitpap van mijn oudste zoontje
in het oranje bord
In de koralen kinderkamer
zijn pril protest
Geel
Een lepel in een ei
de dooier loopt over de witte
porseleinen rand
Groen
De muntdrank met ijs die mijn moeder bracht
omdat ik hard studeerde
De ogen van mijn eerste lief
het kroos van de vijver waarin mv verdronk
Blauw
Kobaltblauw de flessen op de schoorsteenmantel
en de mantel van het oud mariabeeld
de kristallen voor het raam
en de lucht na regen in april
Violet
Een zeldzame kleur in mijn kindertijd
de zijden bloeze in de kast op zolder
En het eerste rouwlint die ik zag
paars met goud rond witte lelies
Zwart
Zwart heeft vele tinten
diep en vaal en dof en schitterend en blinkend
Het zwartst is het zwart met mijn ogen
dicht voor ik slaap
Patricia Lasoen
Uit: De Witte binnenkant. 1980-1982.
Antwerpen: Manteau 1985.
Dettie
Geplaatst: 06 jan 2007 07:40 pm
En alle gedichten staan kleurig op de site
http://www.poezie-leestafel.info/gedichten-over-kleur
Dettie
En alle gedichten staan kleurig op de site
http://www.poezie-leestafel.info/gedichten-over-kleur
Dettie
Geplaatst: 06 jan 2007 10:24 pm
Ja Wil, mijn eerste idee was: daar moeten dichters over geschreven hebben... toch was het even zoeken.
En ja... hoe kan het ook anders?
Daarbij vallen me de schakeringen in de kleuren op:
lelieblank, leliegroen (Gorter); angstig blauw (Roggeman); groenbleek (Gorter); kobaltblauw (Lasoen); blinkend rood (Lasoen); duizeling van blauw (Droogenbroodt); regenboogkikker (Tom van Dam).
Mooi toch!
Tiba.
P.S. Roggeman krijgt van mij de prijs met zijn angstig blauw (vertaling van het Engelse blue), schitterend is dat.
Ja Wil, mijn eerste idee was: daar moeten dichters over geschreven hebben... toch was het even zoeken.
En ja... hoe kan het ook anders?
Daarbij vallen me de schakeringen in de kleuren op:
lelieblank, leliegroen (Gorter); angstig blauw (Roggeman); groenbleek (Gorter); kobaltblauw (Lasoen); blinkend rood (Lasoen); duizeling van blauw (Droogenbroodt); regenboogkikker (Tom van Dam).
Mooi toch!
Tiba.
P.S. Roggeman krijgt van mij de prijs met zijn angstig blauw (vertaling van het Engelse blue), schitterend is dat.
Geplaatst: 13 jan 2007 12:57 am
Drie jongleerballen, vier kleuren
Drie jongleerballen, vier kleuren
van zachtgeschilderde huid.
Een, twee, drie. Een, twee, drie, vier.
Groen, geel, blauw, rood.
Zomerochtend; poes rust op't balkon
zich een zwart roodstaartje voorstellend.
Maar het ziekenhuis om de hoek is nog onder.
En in Park Randenbroek spelen sportparen
winteravondtennis, stoomwolkjes lachend.
Drie-, vierhonderd meter is het maar
van hier tot helemaal daar.
De gebruiksaanwijzing beweert:
'En u jongleert. Gefeliciteerd!'
Mijn broer is in Australië. Geëmigreerd.
Tonnus Oosterhoff
uit: (Robuuste tongwerken,) een stralend plenum ,
De Bezige Bij, Amsterdam, 1997
Tiba.
Drie jongleerballen, vier kleuren
Drie jongleerballen, vier kleuren
van zachtgeschilderde huid.
Een, twee, drie. Een, twee, drie, vier.
Groen, geel, blauw, rood.
Zomerochtend; poes rust op't balkon
zich een zwart roodstaartje voorstellend.
Maar het ziekenhuis om de hoek is nog onder.
En in Park Randenbroek spelen sportparen
winteravondtennis, stoomwolkjes lachend.
Drie-, vierhonderd meter is het maar
van hier tot helemaal daar.
De gebruiksaanwijzing beweert:
'En u jongleert. Gefeliciteerd!'
Mijn broer is in Australië. Geëmigreerd.
Tonnus Oosterhoff
uit: (Robuuste tongwerken,) een stralend plenum ,
De Bezige Bij, Amsterdam, 1997
Tiba.
Geplaatst: 22 jan 2007 09:21 am
Kleinood
Toen eens die groote schilder
De wereld verven zou,
Klom hij eerst in den hemel-
Den hemel maakte hij blauw
Drie droppels liet hij vallen
Beneden op de aard,-
Drie mooie kleine dingen
Zijn daar altijd bewaard:
De eerste viel in ‘t koren,
Dat werd een korenbloem,
Die bloeit in ‘t blauw naar boven,
Dat is haar groote roem
De tweede viel in ‘t heikruid,
Dat werd een heikapel,
Die vliegt altijd naar boven
Veel hooger wou ze wel
De derde ging verloren,
Men wist naar ze was,-
Mijn liefste- o mijn blijde meid!
Mijn mooie kleine bruid!
Ik leid jou naar de heide,
Dan door het korenland—
Leid jij mij naar de hemel,
Leid jij mij bij de hand
C.S. Adama van Scheltema
Uit: Van Zon en Zomer
Uitgever: Amsterdam 1902
Kleinood
Toen eens die groote schilder
De wereld verven zou,
Klom hij eerst in den hemel-
Den hemel maakte hij blauw
Drie droppels liet hij vallen
Beneden op de aard,-
Drie mooie kleine dingen
Zijn daar altijd bewaard:
De eerste viel in ‘t koren,
Dat werd een korenbloem,
Die bloeit in ‘t blauw naar boven,
Dat is haar groote roem
De tweede viel in ‘t heikruid,
Dat werd een heikapel,
Die vliegt altijd naar boven
Veel hooger wou ze wel
De derde ging verloren,
Men wist naar ze was,-
Mijn liefste- o mijn blijde meid!
Mijn mooie kleine bruid!
Ik leid jou naar de heide,
Dan door het korenland—
Leid jij mij naar de hemel,
Leid jij mij bij de hand
C.S. Adama van Scheltema
Uit: Van Zon en Zomer
Uitgever: Amsterdam 1902
Geplaatst: 24 jan 2007 02:48 pm
Als ik geen rood meer heb
Als ik geen rood meer heb
maak ik de bomen groen, de struiken,
het hele landschap wat ik schilder.
Dus ook het onkruid en het gras,
waarin je languit ligt te wachten roerloos
maar toch diep ontroerd, wanneer je later
het doek mag zien waar ik je rooie jurk
vervangen heb door zachte naaktheid,
waarvoor ik net als voor je glimlach
vooralsnog niet de kleur vond die je past.
Als ik geen rood meer heb,
heb ik nog altijd je lippen.
Paul Snoek
uit: Verzamelde gedichten,
Manteau 1982
Tiba.
Als ik geen rood meer heb
Als ik geen rood meer heb
maak ik de bomen groen, de struiken,
het hele landschap wat ik schilder.
Dus ook het onkruid en het gras,
waarin je languit ligt te wachten roerloos
maar toch diep ontroerd, wanneer je later
het doek mag zien waar ik je rooie jurk
vervangen heb door zachte naaktheid,
waarvoor ik net als voor je glimlach
vooralsnog niet de kleur vond die je past.
Als ik geen rood meer heb,
heb ik nog altijd je lippen.
Paul Snoek
uit: Verzamelde gedichten,
Manteau 1982
Tiba.
Geplaatst: 26 jan 2007 11:15 pm
Hoe het zwart afschrapen,
de smaak van het zwart,
de klank van het zwart,
de zwartheid van zwart?
Hoe het zwart raspen,
zijn voedsel, zijn deeg,
totdat de specerij van het wit
in zijn kieren is doorgedrongen?
Hoe het zwart overstromen
met een visie in staat het te belopen
en op zijn bodem iets anders te vinden
dan het spoor van de dood?
Hoe in het zwart andere kleuren vinden,
blauwzwart, roodzwart, liefdezwart, zelfmoordzwart,
of in zijn ingewand eenvoudig verkruimelen
de kleur van het leven van de mens?
Roberto Juarroz
uit: Verticale poëzie,
Wagner & Van Santen 2003
Vert.: Mariolein Sabarte Belacortu
Tiba.
Hoe het zwart afschrapen,
de smaak van het zwart,
de klank van het zwart,
de zwartheid van zwart?
Hoe het zwart raspen,
zijn voedsel, zijn deeg,
totdat de specerij van het wit
in zijn kieren is doorgedrongen?
Hoe het zwart overstromen
met een visie in staat het te belopen
en op zijn bodem iets anders te vinden
dan het spoor van de dood?
Hoe in het zwart andere kleuren vinden,
blauwzwart, roodzwart, liefdezwart, zelfmoordzwart,
of in zijn ingewand eenvoudig verkruimelen
de kleur van het leven van de mens?
Roberto Juarroz
uit: Verticale poëzie,
Wagner & Van Santen 2003
Vert.: Mariolein Sabarte Belacortu
Tiba.
Geplaatst: 31 jan 2007 10:15 am
AAN DE ZON
Mooier dan de aanzienlijke maan en zijn geadeld licht,
mooier dan het gesternte, de beroemde orden van de nacht,
veel mooier dan het vurig optreden van een komeet
en tot iets veruit mooiers geroepen dan elke andere ster,
omdat jouw en mijn leven elke dag van haar afhangt- is de zon.
Mooie zon, die opgaat, haar werk niet heeft vergeten
en ten einde brengt, het mooist in de zomer, als een dag
aan de kusten verdampt, en gespiegeld zonder kracht de zeilen
glijden over je oog, tot je moe wordt, de afloop verkort.
Zonder zon neemt ook de kunst weer de sluier aan,
jij verschijnt me niet meer, en de zee en het zand,
geranseld door de schaduw, vlieden onder mijn ooglid.
Mooi licht, dat ons warm houdt, bewaart, en wonderbaar zorgt
dat ik weer zie en dat ik je weerzie!
Niets mooiers onder de zon dan onder de zon te zijn…
Niets mooiers dan de stok in het water te zien en de vogel boven
die zijn vlucht overweegt, en beneden de vissen, hun school,
gekleurd, gevormd, ter wereld gekomen met een zending van licht,
en de omtrek te zien, het vierkant van een veld, de duizendhoek van mijn land,
en de jurk die je aan hebt gedaan, en je jurk, klokkend en blauw!
Mooi blauw, waarin de pauwen slenteren en buigen,
blauw van de verten, van de geluksregionen met al het weer voor mijn gevoel,
blauw toeval aan de horizon! En mijn verrukte ogen
verwijden zich nog meer en schitteren, branden zich wond.
Mooie zon, die van het stof wel de allergrootste bewondering toekomt,
daarom zal ik niet vanwege de maan en de sterren en niet
omdat de nacht met kometen pronkt en in mijn zijn nar zoekt
maar vanwege jou alleen en weldra zonder einde en zozeer als nooit om iets
me beklagen om het onafwendbare verlies van mijn ogen.
Anneke Brassinga,
uit Verschiet,
de bezige Bij,2001
Wil
AAN DE ZON
Mooier dan de aanzienlijke maan en zijn geadeld licht,
mooier dan het gesternte, de beroemde orden van de nacht,
veel mooier dan het vurig optreden van een komeet
en tot iets veruit mooiers geroepen dan elke andere ster,
omdat jouw en mijn leven elke dag van haar afhangt- is de zon.
Mooie zon, die opgaat, haar werk niet heeft vergeten
en ten einde brengt, het mooist in de zomer, als een dag
aan de kusten verdampt, en gespiegeld zonder kracht de zeilen
glijden over je oog, tot je moe wordt, de afloop verkort.
Zonder zon neemt ook de kunst weer de sluier aan,
jij verschijnt me niet meer, en de zee en het zand,
geranseld door de schaduw, vlieden onder mijn ooglid.
Mooi licht, dat ons warm houdt, bewaart, en wonderbaar zorgt
dat ik weer zie en dat ik je weerzie!
Niets mooiers onder de zon dan onder de zon te zijn…
Niets mooiers dan de stok in het water te zien en de vogel boven
die zijn vlucht overweegt, en beneden de vissen, hun school,
gekleurd, gevormd, ter wereld gekomen met een zending van licht,
en de omtrek te zien, het vierkant van een veld, de duizendhoek van mijn land,
en de jurk die je aan hebt gedaan, en je jurk, klokkend en blauw!
Mooi blauw, waarin de pauwen slenteren en buigen,
blauw van de verten, van de geluksregionen met al het weer voor mijn gevoel,
blauw toeval aan de horizon! En mijn verrukte ogen
verwijden zich nog meer en schitteren, branden zich wond.
Mooie zon, die van het stof wel de allergrootste bewondering toekomt,
daarom zal ik niet vanwege de maan en de sterren en niet
omdat de nacht met kometen pronkt en in mijn zijn nar zoekt
maar vanwege jou alleen en weldra zonder einde en zozeer als nooit om iets
me beklagen om het onafwendbare verlies van mijn ogen.
Anneke Brassinga,
uit Verschiet,
de bezige Bij,2001
Wil
Geplaatst: 31 jan 2007 10:34 am
mooie sfeerevocatie is dit: de zon omringd door blauw!
Tiba.
gekleurd, gevormd, ter wereld gekomen met een zending van licht,
en de omtrek te zien, het vierkant van een veld, de duizendhoek van mijn land,
en de jurk die je aan hebt gedaan, en je jurk, klokkend en blauw!
Mooi blauw, waarin de pauwen slenteren en buigen,
blauw van de verten, van de geluksregionen met al het weer voor mijn gevoel,
mooie sfeerevocatie is dit: de zon omringd door blauw!
Tiba.
Geplaatst: 31 jan 2007 11:29 am
Zeepbellen
Goud-groen-wereld-férieke-nébuleuse,
Cirkelend-blauwe-blauwte- om de
niets-ijl-lijnen-ijlte.
Het land der Sneeuw,
Het land der Zonne,
de Toppen rillen,
----goud schijn.
Vlerkende-slag-violetten, ge-
kegeld fàte beeld-lichtere, door
De Zonne en de Hemels.
Groen-geel-klanken-felling óp,
En óp in de schrille mignonette
Oppe-toon-hoog
Zwillende-tuimel-ijling
----Beseffing's knal.
Theo Reeder (Is. Querido 1872-1932)
Uit: Gedichten,
S.L. van Looy, Amsterdam 1894
Tiba.
Zeepbellen
Goud-groen-wereld-férieke-nébuleuse,
Cirkelend-blauwe-blauwte- om de
niets-ijl-lijnen-ijlte.
Het land der Sneeuw,
Het land der Zonne,
de Toppen rillen,
----goud schijn.
Vlerkende-slag-violetten, ge-
kegeld fàte beeld-lichtere, door
De Zonne en de Hemels.
Groen-geel-klanken-felling óp,
En óp in de schrille mignonette
Oppe-toon-hoog
Zwillende-tuimel-ijling
----Beseffing's knal.
Theo Reeder (Is. Querido 1872-1932)
Uit: Gedichten,
S.L. van Looy, Amsterdam 1894
Tiba.
Geplaatst: 31 jan 2007 12:01 pm
Leuk gedicht Tiba
En een linkje over Theo Reeder
http://www.jhm.nl/personen.aspx?naam=Querido,%20Israel
Dettie
Leuk gedicht Tiba
En een linkje over Theo Reeder
http://www.jhm.nl/personen.aspx?naam=Querido,%20Israel
Dettie
Geplaatst: 31 jan 2007 12:17 pm
Ik heb nog een gedicht van hem over kleur
Avond
Tendre-violette-trillers
-------------------------Violet...
Zware-violette-angsten
Even licht-geur.
Scheppings-duister lil-luid
Goud-groen lijnen-klank
Floers-zuil-melodie
Tendre-weg-bestaan...
Starende-kleur-abstractie
Doodsch-starende-Hymnen
Treure-matte-wil'ge-glorie
Dood-gedoode-stilte...
Theo Reeder
uit: Verzen,
S.L. van Looy, Amsterdam 1893
Tiba.
Ik heb nog een gedicht van hem over kleur
Avond
Tendre-violette-trillers
-------------------------Violet...
Zware-violette-angsten
Even licht-geur.
Scheppings-duister lil-luid
Goud-groen lijnen-klank
Floers-zuil-melodie
Tendre-weg-bestaan...
Starende-kleur-abstractie
Doodsch-starende-Hymnen
Treure-matte-wil'ge-glorie
Dood-gedoode-stilte...
Theo Reeder
uit: Verzen,
S.L. van Looy, Amsterdam 1893
Tiba.
Geplaatst: 26 sep 2007 05:43 pm
Rood I
De mensen zien het niet, hoe ik blijf staan
voor een bijzonder rood. Ik kan er niet vandaan.
Het wordt al groter naar ik het bekijk.
Het wordt al dieper naar ik meer wijk.
Rood, waarom zijt gij geen wezen, niet vrouw, noch man,
maar dat ik toch mijn bleke handen geven kan?
Pierre Kemp
uit: Een bloemlezing uit zijn kleine liederen,
G.A. van Oorschot, Amsterdam 2de druk 1984
Tiba.
Rood I
De mensen zien het niet, hoe ik blijf staan
voor een bijzonder rood. Ik kan er niet vandaan.
Het wordt al groter naar ik het bekijk.
Het wordt al dieper naar ik meer wijk.
Rood, waarom zijt gij geen wezen, niet vrouw, noch man,
maar dat ik toch mijn bleke handen geven kan?
Pierre Kemp
uit: Een bloemlezing uit zijn kleine liederen,
G.A. van Oorschot, Amsterdam 2de druk 1984
Tiba.
Re: gedichten over kleur
Wit
Het wit van niet begonnen werk,
van niks, de ongevormde overgave
aan je ogen, nog in- en op te vullen
tijd. Zo pril dat je er amper op durft
komen, dat het je doet aarzelen zo stil.
Wit koestert al zijn mogelijkheden.
Jij wacht met ingehouden adem
op een of ander aanzijn alsof
jijzelf daardoor ook pas ontstaat –
© Inge Boulonois
In: Gelegenheidsbundel
Poëziewedstrijd Merendree, 2009
Het wit van niet begonnen werk,
van niks, de ongevormde overgave
aan je ogen, nog in- en op te vullen
tijd. Zo pril dat je er amper op durft
komen, dat het je doet aarzelen zo stil.
Wit koestert al zijn mogelijkheden.
Jij wacht met ingehouden adem
op een of ander aanzijn alsof
jijzelf daardoor ook pas ontstaat –
© Inge Boulonois
In: Gelegenheidsbundel
Poëziewedstrijd Merendree, 2009
Terug naar “Thema's in de poëzie”
Wie is er online
Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 1 gast