Het vuur wijst de weg

Noem het geen armoede,
wanneer ik in tintelende nachten
met de duisternis
mijn krachten deel.

Spreek niet van gemis, als
in mijn doodsslaap
de bliksemende staf
het oude lichaam foltert
tot op het bot.

Met tegenzin drinkt
de vogel het bloed
van de slang.

Laten de sterren zich
verstoppen, de rivieren
hun loop staken.
Pas als het gras
niet meer durft groeien,
ontwaakt de maretak.

Steel dan mijn vuur
voor jouw versteend gezicht.

Onder mijn huid van boombast
jagen geen jakhalzen meer en
in mijn doodgeweende hart
vul ik de regendruppels met
jouw rusteloze lied.

© Marianne Som
Uit: Requiem voor Joshua
Uitg. De Distel, 2005