'T was nacht, 't was nacht
't was midden in de nacht
toen hoorden wij een vreselijke slag
het waren zeven vlooien
drie witte en vier rooien
die rooien waren zeven meter lang
ze trokken vaders onderbroekkie an
een broek met gouden knopen
die gingen ze verkopen
aan wie, aan wie, aan wie
aan Koning Willem III