Aanzegging
Er nadert schaarste van graan.
Tè lang is de gave getart.
De dag zegt het aan de nacht:
'er zit al zwart in de halm.'
De zon zegt het aan de maan:
'het ìs al in het gewas.'
De aar verteert in de schacht,
de tarwe is ziek in het hart.
En de wind zegt het in zichzelf:
'het sterft op plekken al af.'
[b]Een vreemd overspelig gras
legt op de akkers beslag.[/b]
Graaft met nàgels waar het eens was,
waar de aarde wit was van graan:
als er àl te veel is begaan
zal de dag zwart zijn als de nacht.
Dan slaat het zaad niet meer aan.
Ida Gerhardt
Uit: Vijf vuurstenen
Amsterdam: Athenaeum-Polak
& Van Gennep. 1974