Een ezel stoot zich
Er ligt een steen op de weg,
loop ik langs die weg;
ik stoot me.
Wees een ezel, denk ik.
Maar ik stoot me op weg van huis,
en ik stoot me op weg naar huis.
Wees een olifant, denk ik.
Maar ik kan die steen niet onthouden.
Ik ben niet gek
en zoek een andere weg,
loop achter anderen aan.
Wees een aap, denk ik, desnoods een papegaai,
maar wees geen mens.
Mijn neus bloedt,
er ligt een steen op deweg.
Toon Tellegen,
Er ligt een steen op de weg,
loop ik langs die weg;
ik stoot me.
Wees een ezel, denk ik.
Maar ik stoot me op weg van huis,
en ik stoot me op weg naar huis.
Wees een olifant, denk ik.
Maar ik kan die steen niet onthouden.
Ik ben niet gek
en zoek een andere weg,
loop achter anderen aan.
Wees een aap, denk ik, desnoods een papegaai,
maar wees geen mens.
Mijn neus bloedt,
er ligt een steen op deweg.
Toon Tellegen,
Uit: Wie A zegt
Querido Amsterdam 2002