Drie stenen zitten op een steen.
Acht stenen liggen er om heen.
Daar onder liggen er nog negen.
Andere daar naast en tegen.
Een steen steekt half uit het zand naar buiten
om zich nog eventjes te uiten.
Leert, kinderen, dit uit zijnen mond:
houdt steeds een vuist boven de grond.

Leo Vroman
uit: Gedichten 68,
een keuze uit de tijdschriften,
Jos de Haes en Hubert van Herreweghen,
Davidsfonds