Poëzie-Leestafel

...

  • Vergroot lettergrootte
  • Standaard lettergrootte
  • Verklein lettergrootte
Wit blad


Ik keilde een woord, onbewaakt,
over de spiegel van glashelder water,
en het scheelde geen haar
of ik had een gedicht gemaakt.

Het scheelde, het scheerde, met opzet,
geen doel voorbij, om simpelweg
aan de andere zij me toe te roepen:
waarom heb je dat gedaan met mij?

Aan andere woorden schoot ik te kort.
Het bleef bladstil; ik keek opzij
en staarde naar niets. Gedachten
stroomden voorbij. Ik maakte slagzij

en verdween vanwaar ik gekomen was,
het water achter me latend,
helder en strak als glas en waterpas.
Licht werd dichter, duister en dan donker.

Dat was het dus: woord overboord.
De spiegel bleef onbeschreven.
Rimpelingen stremden als luie melk.
Witter dan wit stond het water stil
boven zijn diepe grond. En het werd later.

Joris Denoo
Uit: Robinson