Richard Minne (ja uitgegeven bij Van Oorschot)
Richard Minne (ja uitgegeven bij Van Oorschot)
Leestafel heeft toestemming (gedogen) van uitgeverij Van Oorschot om de door hen uitgegeven gedichten te plaatsen.
Maar geen hele bundels
Dettie
Maar geen hele bundels
Dettie
Geplaatst: 22 mrt 2005 11:42 am Onderwerp: Richard Minne Reageer met quote Bewerk/Verwijder dit bericht Meld post Verwijder dit bericht Bekijk het IP van deze gebruiker
Dag van schoonheid
De bot, die berst; de bij, die zoemt,
de wind, die zotheid gaat vertellen:
wat men kortweg de lente noemt
en de aarde komt op stelten stellen;
dat klotst nu alles door mijn kop,
en 'k stak er wel een pluimken op,
als ik maar niet zo deftig was,
zo stijf in mijn geklede jas.
Als ik de band maar los kon knopen,
nam ik u allen dubbelthope:
gij meiskens uit de stad, de stal,
gij wijs als 't boek, gij dom als oordje,
gij uit 't kasteel en gij uit 't poortje,
en gij, o boom, en gras en wal,
gij witte, wandelende pater,
gij paard, gij zon, gij wolk, gij water.
en 'k danste midden in uw tas,
als ik maar niet zo deftig was,
zo stijf in mijn geklede jas.
Richard Minne
Uit: In de zoete inval.
G.A. van Oorschot, Amsterdam, 1955
Tiba
Dag van schoonheid
De bot, die berst; de bij, die zoemt,
de wind, die zotheid gaat vertellen:
wat men kortweg de lente noemt
en de aarde komt op stelten stellen;
dat klotst nu alles door mijn kop,
en 'k stak er wel een pluimken op,
als ik maar niet zo deftig was,
zo stijf in mijn geklede jas.
Als ik de band maar los kon knopen,
nam ik u allen dubbelthope:
gij meiskens uit de stad, de stal,
gij wijs als 't boek, gij dom als oordje,
gij uit 't kasteel en gij uit 't poortje,
en gij, o boom, en gras en wal,
gij witte, wandelende pater,
gij paard, gij zon, gij wolk, gij water.
en 'k danste midden in uw tas,
als ik maar niet zo deftig was,
zo stijf in mijn geklede jas.
Richard Minne
Uit: In de zoete inval.
G.A. van Oorschot, Amsterdam, 1955
Tiba
Geplaatst: 22 mrt 2005 07:43 pm
'Die donkere Gentenaar, die barabas met vitrioolpullen, die oproervlag,' zo heeft zijn vriend Maurice Roelants hem genoemd, verbaasd dat men Richard Minne in Nederland als een 'Franse fantaisist' beschouwde.
....
Een klein oeuvre maar heeft men er eenmaal vriendschap mee gesloten, dan is het ook een vriendschap voor het leven.
Hans van Straten, Toen bliezen de poortwachters, Em. Querido's uitgeverij 1967
Tiba.
'Die donkere Gentenaar, die barabas met vitrioolpullen, die oproervlag,' zo heeft zijn vriend Maurice Roelants hem genoemd, verbaasd dat men Richard Minne in Nederland als een 'Franse fantaisist' beschouwde.
....
Een klein oeuvre maar heeft men er eenmaal vriendschap mee gesloten, dan is het ook een vriendschap voor het leven.
Hans van Straten, Toen bliezen de poortwachters, Em. Querido's uitgeverij 1967
Tiba.
Geplaatst: 14 jan 2006 09:22 pm
Op den boer
Elf uur: De brievenbesteller.
Mijn hart klopt snel en sneller.
Elf uur en één.
Hij rijdt voorbij.
Niets voor mij.
Ik zak ineen.
Richard Minne
In den zoeten inval en andere gedichten,
Van Oorschot, Amsterdam, 1978
Lizzy
Vond ik onder het item Vasalis (ter vergelijking met een gedicht van haar)
Vrolijk/Happy .
Groetjes. Tiba.
Op den boer
Elf uur: De brievenbesteller.
Mijn hart klopt snel en sneller.
Elf uur en één.
Hij rijdt voorbij.
Niets voor mij.
Ik zak ineen.
Richard Minne
In den zoeten inval en andere gedichten,
Van Oorschot, Amsterdam, 1978
Lizzy
Vond ik onder het item Vasalis (ter vergelijking met een gedicht van haar)
Vrolijk/Happy .
Groetjes. Tiba.
Geplaatst: 17 aug 2006 06:28 pm
De dichter zwijgt
Zijn vrouw vraagt geld,
klinkende oorden,
en geen geweld
van dichterwoorden
Wie landman is
zweet in de zon,
stom als een vis
sine qua non.
Wie van Virgiel
mij ooit nog praat,
hij krijgt mijn hiel
in zijn gelaat.
Richard Minne
uit: 'In den zoeten Inval'
Van Oorschot, Amsterdam 1978
Tiba.
De dichter zwijgt
Zijn vrouw vraagt geld,
klinkende oorden,
en geen geweld
van dichterwoorden
Wie landman is
zweet in de zon,
stom als een vis
sine qua non.
Wie van Virgiel
mij ooit nog praat,
hij krijgt mijn hiel
in zijn gelaat.
Richard Minne
uit: 'In den zoeten Inval'
Van Oorschot, Amsterdam 1978
Tiba.
Geplaatst: 01 nov 2006 10:30 pm
De wespen en de appelaar
God werd moe en lastig
urenlang had hij geschapen:
tijgers, boterbloemen,
reumatiek en rapen
en hij zat nu boven
op den eerste kam.
Onder hem liep Eva
en ernaast Adam
die stil en gezapig
pafte aan zijn pijp.
't Was laat op de zomer
en d'appels al rijp.
Rond het bleuzend ooft
zoemden de jonge wespen;
Menige zwerm zat
diepgenesteld
in de lommerrijke kroon der wetenschap;
Hier en daar hing reeds
een appel zonder sap.
De zon dook onder in
een schotel rode wijn
op de plaats waar later
het westen zou zijn.
Dit is het uur uit duizend
't duizelt ál: men heeft 't gevoel
dat alles, tot onder uw
zitvlak zelfs de stoel
begeeft. Men zoekt een woord
dat als een roos zou geuren
en in de pupil van de geliefde
dansen kleuren
die Iris zelf niet kent.
Maar het eerste koppel
was nog niet gewend aan de nuance
hun taal
was ruw nog als het erts
en zonder decadente draaien
kss kss prprprpr boem
(zie Paul van Ostayen)
De wind beefde door 't riet.
Nu komen Eva de avond,
de muizenissen in 't hoofd,
verveling en verdriet;
Ze stond rechtop en zweeg,
de nacht deed nog een stap vooruit
daar echter om de appelaar
doofde het licht niet uit.
Gelijk eoolse harpen
zong 't bijenvolk en zie
daar in de lucht schreven ze
de axioma's der geometrie.
Eva bekeek dit al en hoe
de wespen waakten
over den boom der wetenschap
en zich 't leven gezellig maakten.
Ze vonden steeds wat nieuws
en benaderden langs alle kanten
des wetens weelde die ze uitbeelden
in duizenden varianten.
En Eva bewoog heur armoe
en de wrok die het bloed -
het beste - keren doet
sloeg in. Toekomstbeelden
rezen voor haar droevig oog.
Ze zag de eindeloze avonden
dat ze over het vuur zich boog
des winters bij een keers
wier vlam maar pover was
een hond baste op de koer
en daar zat Adam
die rondekes spekelde op de vloer.
Ze luisterden naar de wind,
wat hadden ze zelf te zeggen?
Ze gingen zich in 't bedde leggen
en Eva kocht een kind.
Zo toverde zich voor haar
de rij der komende dagen
en tussenin piepte 't verzet
de duivel van 't weten en 't vragen.
Toen werd het Eva te erg,
ze naderde zonder lawijd
en de laatste appel grijpend
- ridder of mis, ik bijt -
Maar daar rees God overeind
en keek over de schans
'maakt uw paksken' en wees
hen 't gat des timmermans.
Dit is 't bewogen einde der eerste geschiedenis
en de reden waarom het in 't leven
zo gemengeld is:
Een groet, een grijns, een lach
buigen voor 't gezag
en tussen de tanden
Verdi fluiten en Bach.
Richard Minne
uit: In den zoeten inval en andere gedichten,
Van Oorschot, Amsterdam 1955
Leni
Uit "raad de dichter" ook hier geplaatst
Tiba
De wespen en de appelaar
God werd moe en lastig
urenlang had hij geschapen:
tijgers, boterbloemen,
reumatiek en rapen
en hij zat nu boven
op den eerste kam.
Onder hem liep Eva
en ernaast Adam
die stil en gezapig
pafte aan zijn pijp.
't Was laat op de zomer
en d'appels al rijp.
Rond het bleuzend ooft
zoemden de jonge wespen;
Menige zwerm zat
diepgenesteld
in de lommerrijke kroon der wetenschap;
Hier en daar hing reeds
een appel zonder sap.
De zon dook onder in
een schotel rode wijn
op de plaats waar later
het westen zou zijn.
Dit is het uur uit duizend
't duizelt ál: men heeft 't gevoel
dat alles, tot onder uw
zitvlak zelfs de stoel
begeeft. Men zoekt een woord
dat als een roos zou geuren
en in de pupil van de geliefde
dansen kleuren
die Iris zelf niet kent.
Maar het eerste koppel
was nog niet gewend aan de nuance
hun taal
was ruw nog als het erts
en zonder decadente draaien
kss kss prprprpr boem
(zie Paul van Ostayen)
De wind beefde door 't riet.
Nu komen Eva de avond,
de muizenissen in 't hoofd,
verveling en verdriet;
Ze stond rechtop en zweeg,
de nacht deed nog een stap vooruit
daar echter om de appelaar
doofde het licht niet uit.
Gelijk eoolse harpen
zong 't bijenvolk en zie
daar in de lucht schreven ze
de axioma's der geometrie.
Eva bekeek dit al en hoe
de wespen waakten
over den boom der wetenschap
en zich 't leven gezellig maakten.
Ze vonden steeds wat nieuws
en benaderden langs alle kanten
des wetens weelde die ze uitbeelden
in duizenden varianten.
En Eva bewoog heur armoe
en de wrok die het bloed -
het beste - keren doet
sloeg in. Toekomstbeelden
rezen voor haar droevig oog.
Ze zag de eindeloze avonden
dat ze over het vuur zich boog
des winters bij een keers
wier vlam maar pover was
een hond baste op de koer
en daar zat Adam
die rondekes spekelde op de vloer.
Ze luisterden naar de wind,
wat hadden ze zelf te zeggen?
Ze gingen zich in 't bedde leggen
en Eva kocht een kind.
Zo toverde zich voor haar
de rij der komende dagen
en tussenin piepte 't verzet
de duivel van 't weten en 't vragen.
Toen werd het Eva te erg,
ze naderde zonder lawijd
en de laatste appel grijpend
- ridder of mis, ik bijt -
Maar daar rees God overeind
en keek over de schans
'maakt uw paksken' en wees
hen 't gat des timmermans.
Dit is 't bewogen einde der eerste geschiedenis
en de reden waarom het in 't leven
zo gemengeld is:
Een groet, een grijns, een lach
buigen voor 't gezag
en tussen de tanden
Verdi fluiten en Bach.
Richard Minne
uit: In den zoeten inval en andere gedichten,
Van Oorschot, Amsterdam 1955
Leni
Uit "raad de dichter" ook hier geplaatst
Tiba
Geplaatst: 10 nov 2006 06:29 pm
Nieuwe uitgave Richard Minne:
RICHARD MINNE
VERZAMELD WERK
Gedichten, verhalen en een roman
'Awel, u bent de uitgever van Tsjechov, komt u binnen.'
Zo begroette Richard Minne in 1954 Geert van Oorschot toen deze bij hem aan de deur kwam met het verzoek om Minnes gedichten opnieuw te mogen uitgeven. Het mocht en nu, een halve eeuw later, verschijnt voor het eerst Minnes poëzie en proza tezamen in één deel. Een mooi gebonden uitgave van één van de twee Vlaamse lievelingsdichters van Geert van Oorschot.
Richard Minne (1891-1965), publiceerde de poëziebundel In den zoeten inval (1927), de roman Heineke Vos en zijn biograaf (1933) en de gedichten-, brieven- en verhalenbundel Wolfijzers en schietgeweren (1942) waarvoor hij de Driejaarlijkse Belgische Staatsprijs voor Proza ontving. Zijn werk wordt gekenmerkt door een zeer persoonlijk (Gents!) taalgebruik en een vlijmscherpe maar subtiele ironie.
Over zijn oeuvre schreef Jeroen Brouwers ooit dat het 'hoe bescheiden van omvang het ook is, in waarde de gigantische oeuvres overstijgt van sommige van zijn zeer bejaard geworden collega's en critici'. De bescheiden omvang van het oeuvre kwam behalve uit zelfkritiek (weinig vond de schrijver zelf goed genoeg) voort uit Minnes manier van werken: 'Ik schrijf als een slak. Ik maak kladden, lapsussen en andere mooie zaken. Ik begin, her-begin en her-herbegin. De dagen zijn te kort voor mij.'
bron: boekhandel Walry
Tiba.
Nieuwe uitgave Richard Minne:
RICHARD MINNE
VERZAMELD WERK
Gedichten, verhalen en een roman
'Awel, u bent de uitgever van Tsjechov, komt u binnen.'
Zo begroette Richard Minne in 1954 Geert van Oorschot toen deze bij hem aan de deur kwam met het verzoek om Minnes gedichten opnieuw te mogen uitgeven. Het mocht en nu, een halve eeuw later, verschijnt voor het eerst Minnes poëzie en proza tezamen in één deel. Een mooi gebonden uitgave van één van de twee Vlaamse lievelingsdichters van Geert van Oorschot.
Richard Minne (1891-1965), publiceerde de poëziebundel In den zoeten inval (1927), de roman Heineke Vos en zijn biograaf (1933) en de gedichten-, brieven- en verhalenbundel Wolfijzers en schietgeweren (1942) waarvoor hij de Driejaarlijkse Belgische Staatsprijs voor Proza ontving. Zijn werk wordt gekenmerkt door een zeer persoonlijk (Gents!) taalgebruik en een vlijmscherpe maar subtiele ironie.
Over zijn oeuvre schreef Jeroen Brouwers ooit dat het 'hoe bescheiden van omvang het ook is, in waarde de gigantische oeuvres overstijgt van sommige van zijn zeer bejaard geworden collega's en critici'. De bescheiden omvang van het oeuvre kwam behalve uit zelfkritiek (weinig vond de schrijver zelf goed genoeg) voort uit Minnes manier van werken: 'Ik schrijf als een slak. Ik maak kladden, lapsussen en andere mooie zaken. Ik begin, her-begin en her-herbegin. De dagen zijn te kort voor mij.'
bron: boekhandel Walry
Tiba.
Geplaatst: 06 aug 2007 12:01 am
Internationale treinen
Laat vrije baan aan de internationale treinen:
zij schonken 't zelf-vertrouwen weer aan een geslacht,
dat kroop in ossewagens en in *palankijnen,
en nu aan 140 ijlt doorheen den nacht.
In de internationale treinen wordt geboren
de broederschap, die men bij pond en dollar meet,
Armstrong en Vickers, de trust van 't koren,
de nieuwe nationaliteiten waar niemand van weet.
Laat vrije baan aan de internationale treinen:
zij schuiven de toekomst open als gordijnen,
en brengen ons reukwerk, *guano en schoenen,
den Volkenbond en appels voor citroenen.
Richard Minne
uit: In den zoeten inval , Van Oorschot ,
Amsterdam 1955
Tiba.
*palankijn: Indische draagstoel met verhemelte en gordijnen
*guano: mestof die bestaat uit verdroogde mest en overblijfselen van zeevogels
Uit het thema "gedichten over vervoermiddelen" ook hier geplaatst.
Dit gedicht werd op muziek gezet door Dirk van Esbroeck,
zie: http://www.waltertje.com/artiesten/dirk ... nen-19260/
--
Internationale treinen
Laat vrije baan aan de internationale treinen:
zij schonken 't zelf-vertrouwen weer aan een geslacht,
dat kroop in ossewagens en in *palankijnen,
en nu aan 140 ijlt doorheen den nacht.
In de internationale treinen wordt geboren
de broederschap, die men bij pond en dollar meet,
Armstrong en Vickers, de trust van 't koren,
de nieuwe nationaliteiten waar niemand van weet.
Laat vrije baan aan de internationale treinen:
zij schuiven de toekomst open als gordijnen,
en brengen ons reukwerk, *guano en schoenen,
den Volkenbond en appels voor citroenen.
Richard Minne
uit: In den zoeten inval , Van Oorschot ,
Amsterdam 1955
Tiba.
*palankijn: Indische draagstoel met verhemelte en gordijnen
*guano: mestof die bestaat uit verdroogde mest en overblijfselen van zeevogels
Uit het thema "gedichten over vervoermiddelen" ook hier geplaatst.
Dit gedicht werd op muziek gezet door Dirk van Esbroeck,
zie: http://www.waltertje.com/artiesten/dirk ... nen-19260/
--
Geplaatst: 21 jul 2008 03:01 pm
Klassiek gedicht (drie kwatrijnen, abab cdcd aadd), dat ik als zeer ironisch ervaar (sarcastisch is misschien wat cru uitgedrukt).
Rutger
_________________
Geduld, eenvoud en mededogen (Tao).
tiba schreef
Internationale treinen
Laat vrije baan aan de internationale treinen:
zij schonken 't zelf-vertrouwen weer aan een geslacht,
dat kroop in ossewagens en in *palankijnen,
en nu aan 140 ijlt doorheen den nacht.
In de internationale treinen wordt geboren
de broederschap, die men bij pond en dollar meet,
Armstrong en Vickers, de trust van 't koren,
de nieuwe nationaliteiten waar niemand van weet.
Laat vrije baan aan de internationale treinen:
zij schuiven de toekomst open als gordijnen,
en brengen ons reukwerk, *guano en schoenen,
den Volkenbond en appels voor citroenen.
Richard Minne
uit: In den zoeten inval , Van Oorschot ,
Amsterdam 1955
Tiba.
*palankijn: Indische draagstoel met verhemelte en gordijnen
*guano: mestof die bestaat uit verdroogde mest en overblijfselen van zeevogels
Klassiek gedicht (drie kwatrijnen, abab cdcd aadd), dat ik als zeer ironisch ervaar (sarcastisch is misschien wat cru uitgedrukt).
Rutger
_________________
Geduld, eenvoud en mededogen (Tao).
Geplaatst: 04 sep 2008 07:07 am
De arme en de rijke dagen (IV)
De wereld is een fluit met zoveel duizend monden.
En elkeen blaast zijn lied. En 't maakt een droef geluid
waarin ik niets van eigen klank heb weergevonden.
En gij? Misschien hebt ge ook getikt aan meenge ruit
en werd ge als ik weer feestlijk wandelen gezonden.
Nochtans: ik heb gedroomd, gehoopt; en ik droeg boete.
'k Zag de Alpen, Vlaanderen en Straatsburg aan den Rijn.
Ik heb bemind. Ik sloeg de trommel in veel stoeten.
Ik pluisde in boeken die vol oude wijsheid zijn.
Ik heb gezocht, zo 't kan, met handen en met voeten.
En 't slot? Ik hield daaruit als onvervreemdbaar deel
den troost van 't eigen lied, wanneer ik stil gezeten,
des avonds, op den hogen berm een wijsje speel,
niet voor 't heelal en de eeuwigheid, maar slechts voor 't heden.
Dat maakt een blijden dag te meer. En dat is veel.
Richard Minne (1891-1965)
Uit: Verzameld werk,
Van Oorschot, Amsterdam, 2006.
- Ik wil altijd mijn best doen. Maar dat kan meevallen en tegenvallen.
Ik moet anders wel gaan geloven dat er in dat gedicht iets zit: ze
hebben het zelfs in het Spaans vertaald.
- Wilt u ons er een strofe van voorlezen?
- Geen denken aan. Ik versta het niet eens. Maar u zoudt het eens kunnen proberen.
- Richard Minne in gesprek met Joos Florquin over 'De arme en de rijke dagen'
Zie ook... http://home.planet.nl/~mdaane/minne_index.html
Dettie
De arme en de rijke dagen (IV)
De wereld is een fluit met zoveel duizend monden.
En elkeen blaast zijn lied. En 't maakt een droef geluid
waarin ik niets van eigen klank heb weergevonden.
En gij? Misschien hebt ge ook getikt aan meenge ruit
en werd ge als ik weer feestlijk wandelen gezonden.
Nochtans: ik heb gedroomd, gehoopt; en ik droeg boete.
'k Zag de Alpen, Vlaanderen en Straatsburg aan den Rijn.
Ik heb bemind. Ik sloeg de trommel in veel stoeten.
Ik pluisde in boeken die vol oude wijsheid zijn.
Ik heb gezocht, zo 't kan, met handen en met voeten.
En 't slot? Ik hield daaruit als onvervreemdbaar deel
den troost van 't eigen lied, wanneer ik stil gezeten,
des avonds, op den hogen berm een wijsje speel,
niet voor 't heelal en de eeuwigheid, maar slechts voor 't heden.
Dat maakt een blijden dag te meer. En dat is veel.
Richard Minne (1891-1965)
Uit: Verzameld werk,
Van Oorschot, Amsterdam, 2006.
- Ik wil altijd mijn best doen. Maar dat kan meevallen en tegenvallen.
Ik moet anders wel gaan geloven dat er in dat gedicht iets zit: ze
hebben het zelfs in het Spaans vertaald.
- Wilt u ons er een strofe van voorlezen?
- Geen denken aan. Ik versta het niet eens. Maar u zoudt het eens kunnen proberen.
- Richard Minne in gesprek met Joos Florquin over 'De arme en de rijke dagen'
Zie ook... http://home.planet.nl/~mdaane/minne_index.html
Dettie
Geplaatst: 13 sep 2008 10:12 pm
Heel wijs gedicht!
Ik denk dat velen zich in deze eenvoudige wijsheid zullen herkennen.
Tiba.
P.S. In Gent (de stad van Minne), heeft "wijs" een heel andere betekenis dan in de rest van ons taalgebied. Men zegt daar bv. 'wat een wijze foto' of 'een wijs bureau'... elders in Vlaanderen zegt men dan 'tof' of tegenwoordig 'de max'...
Heel wijs gedicht!
Ik denk dat velen zich in deze eenvoudige wijsheid zullen herkennen.
Tiba.
P.S. In Gent (de stad van Minne), heeft "wijs" een heel andere betekenis dan in de rest van ons taalgebied. Men zegt daar bv. 'wat een wijze foto' of 'een wijs bureau'... elders in Vlaanderen zegt men dan 'tof' of tegenwoordig 'de max'...
Geplaatst: 15 sep 2008 02:23 pm
Nochtans: ik heb gedroomd, gehoopt; en ik droeg boete.
'k Zag de Alpen, Vlaanderen en Straatsburg aan den Rijn.
Ik heb bemind. Ik sloeg de trommel in veel stoeten.
Ik pluisde in boeken die vol oude wijsheid zijn.
Ik heb gezocht, zo 't kan, met handen en met voeten .
Vooral deze strofe vind ik mooi:
de opsomming van de werkwoorden, in stijgende lijn,
de anticlimax in de bekentenis:
IK droeg boete
De opsomming van de plaatsen (zoals dat kind dat met zijn vader naar de wolken kijkt en daar allerlei in ziet, welk gedicht is dat ook weer?)
En dan het plotse, onverwachte in de volgende regel:
Ik heb bemind.
Het is bijna een trommelslag!
Mooi toch?
mira
Nochtans: ik heb gedroomd, gehoopt; en ik droeg boete.
'k Zag de Alpen, Vlaanderen en Straatsburg aan den Rijn.
Ik heb bemind. Ik sloeg de trommel in veel stoeten.
Ik pluisde in boeken die vol oude wijsheid zijn.
Ik heb gezocht, zo 't kan, met handen en met voeten .
Vooral deze strofe vind ik mooi:
de opsomming van de werkwoorden, in stijgende lijn,
de anticlimax in de bekentenis:
IK droeg boete
De opsomming van de plaatsen (zoals dat kind dat met zijn vader naar de wolken kijkt en daar allerlei in ziet, welk gedicht is dat ook weer?)
En dan het plotse, onverwachte in de volgende regel:
Ik heb bemind.
Het is bijna een trommelslag!
Mooi toch?
mira
De arme en de rijke dagen
II
Het leven heeft mij aan den arm genomen,
en gaf me mijnen naam,
opdat ik zingen zou onder de boomen
en uit het raam.
Opdat geen wind verwaaien zou
boven de stad,
die niet zijn luistervink en zijn
bewonderaar had.
Opdat ik iedren dag zou huldigen
onder Gods gewelf
en zijn rythme vermenigvuldigen
met me zelf.
Richard Minne
uit: Verzameld werk, van Oorschot, Amsterdam 2006
Tiba.
II
Het leven heeft mij aan den arm genomen,
en gaf me mijnen naam,
opdat ik zingen zou onder de boomen
en uit het raam.
Opdat geen wind verwaaien zou
boven de stad,
die niet zijn luistervink en zijn
bewonderaar had.
Opdat ik iedren dag zou huldigen
onder Gods gewelf
en zijn rythme vermenigvuldigen
met me zelf.
Richard Minne
uit: Verzameld werk, van Oorschot, Amsterdam 2006
Tiba.
Een link naar een artikel van Reimond Herreman over Richard Minne:
http://www.dbnl.org/tekst/_gul001192501 ... 1_0083.htm
Tiba.
http://www.dbnl.org/tekst/_gul001192501 ... 1_0083.htm
Tiba.
Wie is er online
Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 7 gasten