Ben Cami (ja alleen gedichten uitgeg bij Standaard/Manteau)
Ben Cami (ja alleen gedichten uitgeg bij Standaard/Manteau)
Poezie-Leestafel heeft toestemming van uitgeverij Standaard/Manteau om de gedichten die door hun uitgegeven zijn te plaatsen.
Maar geen hele bundels.
Dettie
Maar geen hele bundels.
Dettie
Geplaatst: 01 mei 2007 01:08 pm
Waarom glimlach je als zij die niet liefhebben?
Waarom glimlach je als zij die niet liefhebben?
Ik ben de blaren van de bomen en het is nog lente.
Ik dien om je ogen je gedachten te strelen,
Maar jij hebt jezelf ingebouwd
Buiten de muren van je liefde.
De muren laten mijn verhaal niet door
En je leven blijft in lente als in zomer koud, je leeft
Onbedacht, onvoorbereid op al de liederen die langs de
----[volmaakte boog van de aarde komen aanrijzen,
En waarvan de tederheid zout is in ons geweten.
Geweten, zin voor evenwicht
Tussen de vragende wereld daarbuiten
En de schone weerspiegeling
Hierbinnen.
Maar wie zich inmetselt tussen muren
Heeft aan alle zijden steun
Der gevangenis.
Ben Cami
uit: Verzamelde gedichten 1954-1983,
Manteau, Antwerpen, 1984
Tiba.
Waarom glimlach je als zij die niet liefhebben?
Waarom glimlach je als zij die niet liefhebben?
Ik ben de blaren van de bomen en het is nog lente.
Ik dien om je ogen je gedachten te strelen,
Maar jij hebt jezelf ingebouwd
Buiten de muren van je liefde.
De muren laten mijn verhaal niet door
En je leven blijft in lente als in zomer koud, je leeft
Onbedacht, onvoorbereid op al de liederen die langs de
----[volmaakte boog van de aarde komen aanrijzen,
En waarvan de tederheid zout is in ons geweten.
Geweten, zin voor evenwicht
Tussen de vragende wereld daarbuiten
En de schone weerspiegeling
Hierbinnen.
Maar wie zich inmetselt tussen muren
Heeft aan alle zijden steun
Der gevangenis.
Ben Cami
uit: Verzamelde gedichten 1954-1983,
Manteau, Antwerpen, 1984
Tiba.
Geplaatst: 15 jun 2007 04:38 pm
Een boom schouwt altijd om zich heen,
Nooit keert hij in zichzelf,
Statig brengt hij de omgeving
Levenslang in kaart.
Een bloem is een wezen
Dat altijd half glimlacht,
Amper de wind gewaar wordt
En leeft van het licht.
Een bloem is de verbazing zelve.
Ben Cami
uit: Gedichten 1954-1983,
Manteau, 1984
Tiba.
Een boom schouwt altijd om zich heen,
Nooit keert hij in zichzelf,
Statig brengt hij de omgeving
Levenslang in kaart.
Een bloem is een wezen
Dat altijd half glimlacht,
Amper de wind gewaar wordt
En leeft van het licht.
Een bloem is de verbazing zelve.
Ben Cami
uit: Gedichten 1954-1983,
Manteau, 1984
Tiba.
Geplaatst: 16 jun 2007 11:13 am
Elk onweer is de woede
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Ha, eenmaal een onweer dat wenend
De schuldigen vernietigt...
Maar de wind daarna
Radeloos over de aarde.
Ben Cami
uit: Gedichten 1954-1983,
Manteau, Antwerpen 1984
Tiba.
UIt het thema "gedichten over het weer" ook hier geplaatst
Elk onweer is de woede
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Ha, eenmaal een onweer dat wenend
De schuldigen vernietigt...
Maar de wind daarna
Radeloos over de aarde.
Ben Cami
uit: Gedichten 1954-1983,
Manteau, Antwerpen 1984
Tiba.
UIt het thema "gedichten over het weer" ook hier geplaatst
Geplaatst: 16 jun 2007 07:37 pm
Elk onweer is de woede
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Dit snap ik niet, jij Tiba?
Ik kan er ook niet goed aan uit, Dettie.
Elk onweer is de woede van een god die weent: dit lijkt heel begrijpelijk.
Het vervolg:
De vader slaat uit onmacht: ik denk dat de vader dezelfde is als de god:
hij is machteloos, dat maakt hem woedend en hij weent --> uit zich door een onweer
De heerseres huilt van genot: ik kan alleen maar bedenken dat die heerseres de aarde is m.n. de aarde die nat wordt door het onweer van de god en huilt omdat ze zo door dat onweer geteisterd wordt... maar evengoed zit ik er glad naast en zoek ik het te veel in de hogere regionen van de godenwereld .
Als iemand een betere uitleg vindt: ik sta er helemaal open voor
Tiba.
Elk onweer is de woede
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Dettie vraagt:
De heerseres
Huilt van genot.
Dit snap ik niet, jij Tiba?
Ik kan er ook niet goed aan uit, Dettie.
Elk onweer is de woede van een god die weent: dit lijkt heel begrijpelijk.
Het vervolg:
De vader slaat uit onmacht: ik denk dat de vader dezelfde is als de god:
hij is machteloos, dat maakt hem woedend en hij weent --> uit zich door een onweer
De heerseres huilt van genot: ik kan alleen maar bedenken dat die heerseres de aarde is m.n. de aarde die nat wordt door het onweer van de god en huilt omdat ze zo door dat onweer geteisterd wordt... maar evengoed zit ik er glad naast en zoek ik het te veel in de hogere regionen van de godenwereld .
Als iemand een betere uitleg vindt: ik sta er helemaal open voor
Tiba.
Geplaatst: 17 jun 2007 10:59 am
Elk onweer is de woede
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Ik raak in de war door eerst een god die weent en dan de heerseres die huilt.
de god weent uit woede
de heerseres huilt van genot.
Wat jij zegt Tiba. Is de heerseres moeder aarde?
Het genot van water ontvangen op haar droge bodem? Maar waarom dan het huilen? Het water borrelt op uit de grond?
Je kan het bijna ook als sadomasochistisch zien.
De vader slaat, de heerseres geniet.
Dettie
Elk onweer is de woede
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Ik raak in de war door eerst een god die weent en dan de heerseres die huilt.
de god weent uit woede
de heerseres huilt van genot.
Wat jij zegt Tiba. Is de heerseres moeder aarde?
Het genot van water ontvangen op haar droge bodem? Maar waarom dan het huilen? Het water borrelt op uit de grond?
Je kan het bijna ook als sadomasochistisch zien.
De vader slaat, de heerseres geniet.
Dettie
Geplaatst: 30 jun 2007 06:50 pm
Ode aan de aardappel
De aardappel heb ik lief daar hij,
Strevend naar volkomen rondheid,
Altijd ànders rond is,
En oogjes heeft
Als van een blindgeboren diertje.
Ik heb hem lief daar hij, zo lekker,
Door de Groten wordt miskend;
Daar zijn kruid zo lelijk
En zijn bloem zo onaanzienlijk is,
En vooral daar hij
(Alsof hij wist dat hij in vrouwenhand
Belandt)
Bescheiden en beschaamd
Zijn klootjes
Verborgen houdt onder het zand.
Ben Cami
uit: Gedichten 1954-1983,
Manteau, Antwerpen 1984
Tiba.
Ode aan de aardappel
De aardappel heb ik lief daar hij,
Strevend naar volkomen rondheid,
Altijd ànders rond is,
En oogjes heeft
Als van een blindgeboren diertje.
Ik heb hem lief daar hij, zo lekker,
Door de Groten wordt miskend;
Daar zijn kruid zo lelijk
En zijn bloem zo onaanzienlijk is,
En vooral daar hij
(Alsof hij wist dat hij in vrouwenhand
Belandt)
Bescheiden en beschaamd
Zijn klootjes
Verborgen houdt onder het zand.
Ben Cami
uit: Gedichten 1954-1983,
Manteau, Antwerpen 1984
Tiba.
Geplaatst: 08 mrt 2008 09:47 pm
Ode dus aan "nachtschade",trouwens niet alleen gedichten ,
maar ook een schilderij over aardappels.
De welbekende aardappeleters!
Manja
Misschien is het woord nachtschade iets om een mooi gedicht over te
schrijven! Ik vind het een mooi woord.
_________________
suum cuique oftewel ieder het zijne!
Ode dus aan "nachtschade",trouwens niet alleen gedichten ,
maar ook een schilderij over aardappels.
De welbekende aardappeleters!
Manja
Misschien is het woord nachtschade iets om een mooi gedicht over te
schrijven! Ik vind het een mooi woord.
_________________
suum cuique oftewel ieder het zijne!
Geplaatst: 08 mrt 2008 09:56 pm
Waarom zou je niet kunnen huilen van genot,je kunt toch ook positief
"vol"schieten van dankbaarheid/mooie ontroering!
Manja
Nou raak ik ook in de war toch inconsequent.
Als het over moeder Aarde gaat zou ik in een gedicht het benoemen
met GAIA
_________________
suum cuique oftewel ieder het zijne!
Dettie schreef:
Elk onweer is de woede
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Ik raak in de war door eerst een god die weent en dan de heerseres die huilt.
de god weent uit woede
de heerseres huilt van genot.
Wat jij zegt Tiba. Is de heerseres moeder aarde?
Het genot van water ontvangen op haar droge bodem? Maar waarom dan het huilen? Het water borrelt op uit de grond?
Je kan het bijna ook als sadomasochistisch zien.
De vader slaat, de heerseres geniet.
Dettie
Waarom zou je niet kunnen huilen van genot,je kunt toch ook positief
"vol"schieten van dankbaarheid/mooie ontroering!
Manja
Nou raak ik ook in de war toch inconsequent.
Als het over moeder Aarde gaat zou ik in een gedicht het benoemen
met GAIA
_________________
suum cuique oftewel ieder het zijne!
Geplaatst: 09 mrt 2008 04:01 pm
Dan zouden het dus Donar en Gaia zijn!De zonnegod Ra(het is ook zoiets van Rararaadsel)
Maar wel goden van verschillende culturen door elkaar,maar dat kan dichterlijke vrijheid zijn.
Maar ooit was Adriaan Morrien bij me in de klas,zijn dochter klasgenoot
van me en hij was uitgenodigd door de docent Nederlands bij de bespreking van een gedicht - weet echt niet meer welk-
hele discussie en hij reageerde met o:ik wist niet dat ik dat allemaal bedoelde,wat dan wel ,dat wist hij soms ook niet!
Manja ??
_________________
suum cuique oftewel ieder het zijne!
Dan zouden het dus Donar en Gaia zijn!De zonnegod Ra(het is ook zoiets van Rararaadsel)
Maar wel goden van verschillende culturen door elkaar,maar dat kan dichterlijke vrijheid zijn.
Maar ooit was Adriaan Morrien bij me in de klas,zijn dochter klasgenoot
van me en hij was uitgenodigd door de docent Nederlands bij de bespreking van een gedicht - weet echt niet meer welk-
hele discussie en hij reageerde met o:ik wist niet dat ik dat allemaal bedoelde,wat dan wel ,dat wist hij soms ook niet!
Manja ??
_________________
suum cuique oftewel ieder het zijne!
Even dit van gedicht van Ben Cami hernomen, het boeit me mateloos. Ik beschouw het echt als een gedicht vol geheimen. Toch even een poging tot analyse en een aantal eigen impressies.
Strijd, zo zou ik dit omschrijven, strijd tussen het mannelijke 'element' en het vrouwelijke.
De mannelijke god is de god van de donder en het onweer, Zeus, Jupiter, Donar...hij heeft vele namen.
Het vrouwelijk 'element' is tevens een godin, 'heerseres' wordt zij genoemd, ik zie haar als vrouw, moeder, aarde, Gaia, Artemis (de 'heerseres van de wilde dieren')...
Een god die woedend wordt en weent, hij is de verpersoonlijking van de vader (letterlijk genoemd in de 2° strofe) die slaat...uit onmacht.
De heerseres is de moeder, zij 'huilt' van genot; de betekenis van huilen is meervoudig: wenen, of 'een schel geluid laten horen' zoals honden of wolven of wind.
Huilen van genot klinkt me hier alleszins wrang in de oren.
Dit blijft voor mij mysterieus.
'Ha', is dat een cynische uitroep?
Is de zin een wens (van de dichter)? Een vaststelling?
De schuldigen..., slaat dat op de man en de vrouw? Maar op wie anders zou het kunnen slaan? Is dit een vage verwijzing naar Adam en Eva?
Mijn indruk is dat de dichter hier heel bewust kryptische taal hanteert.
Een ding lijkt me zeker:
enkel radeloosheid blijft over, of zoals de dichter zegt:
Een bitter mooi gedicht.
mira
Elk onweer is de woede
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Ha, eenmaal een onweer dat wenend
De schuldigen vernietigt...
Maar de wind daarna
Radeloos over de aarde.
Ben Cami
uit: Gedichten 1954-1983,
Manteau, Antwerpen 1984
Tiba.
Strijd, zo zou ik dit omschrijven, strijd tussen het mannelijke 'element' en het vrouwelijke.
De mannelijke god is de god van de donder en het onweer, Zeus, Jupiter, Donar...hij heeft vele namen.
Het vrouwelijk 'element' is tevens een godin, 'heerseres' wordt zij genoemd, ik zie haar als vrouw, moeder, aarde, Gaia, Artemis (de 'heerseres van de wilde dieren')...
Een god die woedend wordt en weent, hij is de verpersoonlijking van de vader (letterlijk genoemd in de 2° strofe) die slaat...uit onmacht.
De heerseres is de moeder, zij 'huilt' van genot; de betekenis van huilen is meervoudig: wenen, of 'een schel geluid laten horen' zoals honden of wolven of wind.
Huilen van genot klinkt me hier alleszins wrang in de oren.
Ha, eenmaal een onweer dat wenend
De schuldigen vernietigt...
Dit blijft voor mij mysterieus.
'Ha', is dat een cynische uitroep?
Is de zin een wens (van de dichter)? Een vaststelling?
De schuldigen..., slaat dat op de man en de vrouw? Maar op wie anders zou het kunnen slaan? Is dit een vage verwijzing naar Adam en Eva?
Mijn indruk is dat de dichter hier heel bewust kryptische taal hanteert.
Een ding lijkt me zeker:
enkel radeloosheid blijft over, of zoals de dichter zegt:
.Maar de wind daarna
Radeloos over de aarde
Een bitter mooi gedicht.
mira
Elk onweer is de woede
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Ha, eenmaal een onweer dat wenend
De schuldigen vernietigt...
Maar de wind daarna
Radeloos over de aarde.
Mira schrijft: strijd tussen het mannelijke en het vrouwelijke. Dat klopt volgens mij. Een en ander wordt me door jouw uitleg nu ook duidelijker.
En verder schrijft Mira:
Als ik het goed begrijp indentificeer je "de god" uit de eerste strofe met "de vader" uit de tweede strofe.
Dat lijkt me niet zeker.
In de 2de strofe is er sprake van een vader die slaat uit onmacht en een heerseres (de moeder?) die huilt van genot. Een strofe vol geweld.
In de 1ste en 3de strofe is er sprake van een onweer:
1ste strofe: de god veroorzaakt een onweer uit woede, hij weent ook.
Waarom? Volgens mij om wat geschreven wordt in de 2de strofe
3de strofe: ha, eenmaal een onweer...
dit lijkt me een wens of verzuchting van de dichter:
hij wenst een onweer dat de schuldigen (meervoud) vernietigt.
Dit wijst op het eerste gezicht naar de vader die slaat. Is hij de schuldige?
Maar waarom dan meervoud? Wellicht slaat het ook op "de heerseres" die huilt van genot.
4de strofe
Maar de wind daarna
Radeloos over de aarde
"daarna" is me niet helemaal duidelijk. Volgens mij refereert dit naar de voorgaande strofe en slaat op de wens van de dichter dat het onweer de schuldigen vernietigt.
Daarna, na het onweer, waait de wind... De dichter blijft in radeloosheid achter.
Tiba.
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Ha, eenmaal een onweer dat wenend
De schuldigen vernietigt...
Maar de wind daarna
Radeloos over de aarde.
Mira schrijft: strijd tussen het mannelijke en het vrouwelijke. Dat klopt volgens mij. Een en ander wordt me door jouw uitleg nu ook duidelijker.
En verder schrijft Mira:
Een god die woedend wordt en weent, hij is de verpersoonlijking van de vader (letterlijk genoemd in de 2° strofe) die slaat...uit onmacht.
Als ik het goed begrijp indentificeer je "de god" uit de eerste strofe met "de vader" uit de tweede strofe.
Dat lijkt me niet zeker.
In de 2de strofe is er sprake van een vader die slaat uit onmacht en een heerseres (de moeder?) die huilt van genot. Een strofe vol geweld.
In de 1ste en 3de strofe is er sprake van een onweer:
1ste strofe: de god veroorzaakt een onweer uit woede, hij weent ook.
Waarom? Volgens mij om wat geschreven wordt in de 2de strofe
3de strofe: ha, eenmaal een onweer...
dit lijkt me een wens of verzuchting van de dichter:
hij wenst een onweer dat de schuldigen (meervoud) vernietigt.
Dit wijst op het eerste gezicht naar de vader die slaat. Is hij de schuldige?
Maar waarom dan meervoud? Wellicht slaat het ook op "de heerseres" die huilt van genot.
4de strofe
Maar de wind daarna
Radeloos over de aarde
"daarna" is me niet helemaal duidelijk. Volgens mij refereert dit naar de voorgaande strofe en slaat op de wens van de dichter dat het onweer de schuldigen vernietigt.
Daarna, na het onweer, waait de wind... De dichter blijft in radeloosheid achter.
Tiba.
tiba schreef:Elk onweer is de woede
Van een god die weent.
De vader slaat
Uit onmacht.
De heerseres
Huilt van genot.
Ha, eenmaal een onweer dat wenend
De schuldigen vernietigt...
Maar de wind daarna
Radeloos over de aarde.
Mira schrijft: strijd tussen het mannelijke en het vrouwelijke. Dat klopt volgens mij. Een en ander wordt me door jouw uitleg nu ook duidelijker.
En verder schrijft Mira:Een god die woedend wordt en weent, hij is de verpersoonlijking van de vader (letterlijk genoemd in de 2° strofe) die slaat...uit onmacht.
Als ik het goed begrijp indentificeer je "de god" uit de eerste strofe met "de vader" uit de tweede strofe.
Dat lijkt me niet zeker.
In de 2de strofe is er sprake van een vader die slaat uit onmacht en een heerseres (de moeder?) die huilt van genot. Een strofe vol geweld.
In de 1ste en 3de strofe is er sprake van een onweer:
1ste strofe: de god veroorzaakt een onweer uit woede, hij weent ook.
Waarom? Volgens mij om wat geschreven wordt in de 2de strofe
3de strofe: ha, eenmaal een onweer...
dit lijkt me een wens of verzuchting van de dichter:
hij wenst een onweer dat de schuldigen (meervoud) vernietigt.
Dit wijst op het eerste gezicht naar de vader die slaat. Is hij de schuldige?
Maar waarom dan meervoud? Wellicht slaat het ook op "de heerseres" die huilt van genot.
4de strofe
Maar de wind daarna
Radeloos over de aarde
"daarna" is me niet helemaal duidelijk. Volgens mij refereert dit naar de voorgaande strofe en slaat op de wens van de dichter dat het onweer de schuldigen vernietigt.
Daarna, na het onweer, waait de wind... De dichter blijft in radeloosheid achter.
Tiba.
Ik ben het helemaal met je eens, Tiba, maar ik denk dat de dichter hier sm als metafoor gebruikt. Het gaat over de verhouding vader-dochter, de dochter is sterker, lokt het slaan uit, de vader slaat uit onmacht, de dochter triomfeert en huilt van genot. Hier wordt dus de "meesteres" geslagen, een variatie op "normale"sm, waarin meestal de meesteres slaat.
Pieter
Het zou ook de vader van de dichter kunnen zijn.
Hier een link:
http://www.dbnl.org/tekst/_ons003200001 ... 1_0169.htm
Tiba.
Hier een link:
http://www.dbnl.org/tekst/_ons003200001 ... 1_0169.htm
Tiba.
Wie is er online
Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 0 gasten