Willem Jan Otten (ja)

Van Willem Jan Otten t/m Yannis Ritsos
Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Willem Jan Otten (ja)

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:40

Leestafel heeft toestemming van uitgeverij Van Oorschot om de door hen uitgegeven gedichten te plaatsen.
Maar geen hele bundels.

Enkele van de gedichten van Willem Jan Otten staan op de site, zie

http://www.poezie-leestafel.info/willem-jan-otten

Dettie

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:46

Geplaatst: 26 jul 2004 07:23 pm

Odyseus 1

Welkom in de zaal van jaloezie.
Er laait een vuur. Er hangt
Een niet te buigen boog. Honden
Leggen tongen naast hun mond.
Haal diep adem en ga dáár staan
waar Penelope zou zijn verschenen
(uit het niets waar schoonheid
altijd uit verschijnt), en vang
de flits waarin je haar nog bent,
incasseer de blikken van de vrijers,
één voor één. Hun oogwit blikkert
als het jouwe zoals dat blikkerde
toen jij daar lag, likkend aan
haar laatste glimp als aan de rand
van een tequilaglas. Oppervlak
was zij, fantoom in tegenlicht.
De rest heet: de finale van het epos.
Roei je evenbeelden uit, en eis haar op.
Jij bent haar wederhelft,
Rond nu dus af haar tergende gewacht.

Willem Jan Otten
Uit: Eerdere gedichten,
Van Oorschot, Amsterdam, 2000

Dettie

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:46

Geplaatst: 26 jul 2004 07:26 pm

Ik vind dit een heel moeilijk gedicht. Heb het nu al een paar keer gelezen en kom er nog niet echt uit. Kan jij me wat verder helpen Tiba?

Dettie

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:47

Geplaatst: 26 jul 2004 07:30 pm

Ik begrijp eruit dat Penelope veel aanbidders had. Dat tegen Odysseus gezegd wordt ga daar staan waar iedereen denkt dat zij zal verschijnen en vang de blikken op die voor haar bedoeld zijn.
Zorg dat jij niet zo bent als die aanbidders maar eis haar op want jij bent het die zij wil. Rond nu dus af haar tergende gewacht.

Begrijp ik dit goed zo?

Een zoekende Dettie :wink:

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:48

Geplaatst: 26 jul 2004 11:59 pm

Dag Dettie

hier moet ik nog even over nadenken, reactie volgt nog.

Groetjes. Tiba.

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:50

Geplaatst: 11 apr 2005 02:40 pm

Bwa-pl

Wij bereikten
na een tocht door een druipend bos
het Randmeer.
Het was alsof een slapende haar ogen opende
en ons kende.
Jij zat voorop.
Ik legde mijn hand
op de warme kokosnoot van je schedel.
Het licht keek ver je ogen in.
Ik zei: dit nu is water.
Wa-ter.
Wa-ter.
Wa-ter zei ik nog een keer.
En jij zei: bwa-pl
Je zei het nog een keer.
Het was zeker, zoontje van mij,
dat wij hetzelfde niet begrepen.

Willem Jan Otten
Uit: Eindaugustuswind
Van Oorschot 1998.

Een intrigerend gedicht van Otten. Hij beschrijft het exotische van het kind in landschap: 'op de warme kokosnoot van je schedel'. En het komt er uiteindelijk op neer dat we door moeten hebben dat we hetzelfde niet begrijpen: dat is de waarheid.
Ja, daar word je stil van...

Wouter

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:51

Geplaatst: 12 apr 2005 05:40 pm

Prachtig gedicht, Wouter. Op de vroegere Leeskring hadden we het er ook nog over.

Groetjes. Tiba.

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:52

Geplaatst: 04 mei 2005 06:36 am

De intiemste zichtlijn

Ik wilde jou en dat ik missen zou
wist ik al voor het begonnen was.
Jou willen is je missen. Het was missen
op het eerste gezicht. Keek ik je aan
je werd een schaduw voor een vuur.
Mijn laaiende kijken plaatste je op
een toneel, in tegenlicht, en ik moest
gissen naar de man daar binnen in
zijn silhouet, heus, zelfs in bed,
wanneer ik tussen je moedervlekken
sterrenbeelden trok, was het alsof
je lichaam iets verduisterde en ook
je stem en je beramingen, alles maakte
duisterder en daardoor, vreemd is dit,
werd wat er laaide raakbaarder dan
voorheen. Odysseus ver, ik heb je
nooit gekend, en als ik je bedenk
knijp ik weer samen en blindeer.

Uit:"Eerdere gedichten
door: Willem Jan Otten
Deze bundel leverde Otten in 1999 de Constantijn Huygensprijs op.

Dettie

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:52

Geplaatst: 06 mei 2005 01:00 pm

Misschien vind ik dit wel het mooiste gedicht dat Otten geschreven heeft, en misschien zelfs wel één van de mooiste gedichten die ik ooit gelezen heb. Magnifiek!

EINDAUGUSTUSWIND

1

Ook als het waar is wat we weten –
en niets ons wacht, heus, heus –
dan nog wacht mij, zo lang ik leef
en zwaarder kortademiger elk jaar
mijzelf het duin op hijs: de zee, zee.
Steeds onmiskenbaarder is zij dan voorzien,
steeds meer de meesteres die onderwijst
dat niets mij wacht, niets, heus, heus.
Probeer het maar, zegt zij, en denk je
vrij, de duinen op en daarna nergens mij.

2

Er is een omdat en het ruist als het dak
van een sparrebos bij nacht bij eindaugustuswind.
Ik ben gaan liggen op mijn rug met boven mij
een sterrenwak precies als toen ik dertien was.
Het was opnieuw als lag ik denkend in een kuil.
Takken zwarter dan het doodstil uitspansel.
Omdat ik niet mijn eigen macht zal zijn,
omdat mijn strekking steeds een klacht zal zijn,
omdat ik niet begrepen heb wat mij
naar deze onbegrepen plek heeft toegewild,
omdat ik niet mijzelf bevatten kan
als pogend te bevatten – daarom ben ik vrij.

3

Ik heb mij nu zo luid tot u gericht
dat uw zwijgen is gaan klinken
naar de stilte in een bladstil bos
nadat er 's nachts uit een tent
een kind geroepen heeft en het was
het mijne niet. Ik twijfel niet
aan uw bestaan zo lang u tot mij
zwijgt. Het is aan mij, u laat mij vrij
om uit uw echoënde stilte op te staan.

Uit: Willem Jan Otten, Eindaugustuswind
(Uitgeverij G.A. van Oorschot, Amsterdam 1998)

Wouter

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:53

Geplaatst: 19 aug 2005 10:33 am

Ik vond de uitleg van Eindaugustuswind (heel verhaal)

http://www.chroom.net/dichterbij/otten.htm

Dettie

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:54

Geplaatst: 19 aug 2005 10:37 am

Hé Dettie, had ik niet eerder een samenvatting geschreven van dit artikel? Of heb ik dat misschien op Literair Nederland geplaatst. Hoe dan ook, ik kan mij goed vinden in de uitleg. En vooral de laatste alinea: het gedicht moet zijn mysterie behouden. Dat moet elk gedicht, volgens mij.

Wouter

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:54

Geplaatst: 19 aug 2005 12:23 pm

Was dat niet op literatuur-Leeskring, Wouter, toen jij nog IJswater heette?
Daar hebben we toen een discussie over gehad.

Groetjes. Tiba.

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:55

Geplaatst: 27 sep 2005 07:37 am

OP DE HOGE

Liep augustus op zijn einde,
sloot de badmeester de hokjes af,
fietste neuriënd september in.

Niemand was er dan ook bij
dat ik de plank betrad. Ik was
geblinddoekt als een deserteur.

Dit zijn de stappen bang bang bang.
In het Bosbad op de hoge
zweet men het peentje bangverlang.

De zon stond even laag als ik en stond
op punt van zakken in de grond.
Wie mij naar boven had gebracht?

Ach mijn lief. En ik wist: morgen
word ik wakker maar ontkomen
kan ik niet. Uit de schoonspringdroom

ontwaakt men met de schoonspringdroom.
Ik wist: ik maak ze nu dan dus.
De aanstalten. Ik sta precies

zo hoog als nodig om bevreesd te zijn.
Dit is de toegedachte afstand tot
het lussenwevend water doopselzacht.

Het heeft me altijd opgewacht –
maar waarom vrees ik dan ineens het bad
alsof het heel snel leeggelopen is?

Dat zo ik sprong – ik wil, ik wil –
ik vallen zou en niets mij ving?

Uit: Willem-Jan Otten, Op de hoge,
G.A. van Oorschot, Amsterdam, 2003

Wouter

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:55

Geplaatst: 27 sep 2005 11:44 am

De beginverzen deden me aanvankelijk helemaal niet denken aan Otten. Nu het gedicht er in zijn geheel staat, wordt het wel duidelijker natuurlijk.

Toch een gedicht om vele malen te lezen en tot zich te nemen.

Bedankt Wouter voor dit mooie gedicht.

Groetjes. Tiba.

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:56

Geplaatst: 04 okt 2005 06:36 pm

Pinkstertoernooi

De wolken zijn uiteengeveegd.
De onbedaarlijke groene bomen
om het sportveld ruisen ruisen
dat er in het struikgewas
iets nimmer pluis zal zijn geweest

De knuppel, weggesmeten
door de homerun-antilliaan
klinkt als een klok en zingt
een aluminiumklare aria.

In het verre veld daar staat
omringd door bijna niets dan wind
en dromend van de ene pluk
de hemel uit, zijn benjamin.

Pas nu hoort die de tik.

De bal, hij klimt en klimt.

Willem Jan Otten
Uit: Eindaugustuswind

Vandaag (5 oktober) de geboortedag van Otten dus...
mooie aanleiding om een gedicht te plaatsen.

Dettie

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:57

Geplaatst: 04 okt 2005 07:01 pm

En ook Willem Jan Otten staat weer compleet op de site

http://www.poezie-leestafel.info/willem-jan-otten

Dettie

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:58

Geplaatst: 07 feb 2006 01:34 pm

We hebben toestemming gekregen (ze gedogen het) van uitgeverij van Oorschot om gedichten te plaatsen van Willem Jan Otten

Wat natuurlijk niet betekent dat alle gedichten uit zijn bundels geplaatst mogen worden.

Dettie

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 12:59

Geplaatst: 23 feb 2006 11:15 pm

Dan plaatst ik het volgende gedicht uit 'Op de hoge'


Hoe wij in de handpalm neergeschreven zijn,
ik heb het nog niet grondig onderzocht.

Wel schat ik dat het om iets draadloos' gaat.
Zodra het een van ons alhier te gortig wordt,

bijvoorbeeld in de basiliek de diepdemente vrouw
die, met een tissue en een eeuwigheid te laat,

geschilderd bloed poogt weg te vegen van een houten
wreef, dan gloeit van haar, die niets meer weet,

de naam op in de palm van de hand. Die voelt,
vermoedelijk, hoe koel van lieverlee zijn vlees,

hoe weinig zijn presentia reëel nog scheelt
van onderzodenklam en onverrijsbaar zijn,

en weet: dat ik besta is dat zij streelt.

Uit: Willem Jan Otten,
Op de hoge,
Uitgeverij G.A. van Oorschot, Amsterdam 2003

Wouter

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 13:00

Geplaatst: 25 feb 2006 03:21 am

Prachtig gedicht, Wouter.
Een gedicht om vele malen te lezen.

Het laatste gedeelte vind ik het moeilijkst om begrijpen:


Die voelt,
vermoedelijk. hoe koel van lieverlee zijn vlees,

hoe weinig zijn presentia reëel nog scheelt
van onderzodenklam en onverrijsbaar zijn,

en weet: dat ik besta is dat zij streelt.




Is de tekst correct? Staat er een punt na 'vermoedelijk'?
"presentia" is dat gelijk aan presentie?

Afgezien daarvan snap ik het niet echt.

Groetjes. Tiba.

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 13:00

Geplaatst: 25 feb 2006 07:45 am

Wouter wat vind jij van dit gedicht? Oftewel waarom plaats je dit? omdat je het mooi vindt? Of omdat het iets voor jou betekent of heeft het een bepaalde inhoud die je wat doet.
Ik snap het gedicht eigenlijk niet.

Vertel, vertel...

Dettie
die het leuk vindt je weer te zien hier.

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 13:01

Geplaatst: 25 feb 2006 11:50 am

Bij de doop van een kind wordt vaak gezegd dat God iedere naam in Zijn handpalm heeft geschreven. Dit is een verbasterde tekst uit Jesaja, waarin staat dat God Jeruzalem in zijn handpalmen heeft gegrift.

Je moet bij dit gedicht van de eerste zin uit gaan: God heeft jouw naam in Zijn handpalm geschreven. Misschien helpt dit jullie een eindje op weg.

De laatste zin: 'dat ik besta is dat zij streelt' interpreteer ik dan als volgt: de vrouw haar geloof is door de dementie vanzelfsprekend geworden, maar voor God niet minder belangrijk. Want alhoewel zij zichzelf streelt (een gevolg van ooit geloven) maar dat niet 'beseft', bestaat haar naam nog wel in, is zij geschreven in die handpalm. Dichtersgeloof; het gaat hier om besef (en de zin van het leven).

Een diep religieus gedicht dus.

Wouter

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 13:01

Geplaatst: 25 feb 2006 12:01 pm

tiba schreef:
Is de tekst correct? Staat er een punt na 'vermoedelijk'?
"presentia" is dat gelijk aan presentie?


Nee, moet een komma zijn.

Presentia heeft te maken met sacramentsopvatting. Bij het avondmaal zijn verschillende interpretatie van de tekst 'Dit is mijn lichaam', door Jezus uitgesproken bij het breken van het brood.

Calvijn schreef over 'presentia realis', de waarachtige aanwezigheid. Dit is overigens een heel andere opvatting dan die van de katholieken (waar Otten toebehoort): zij onderschrijven de transsubstantiatieleer (naar de filosofie van Aristoteles).

Ik daarom ook dat Otten 'presentia' gebruikt, omdat het woord een duidelijk religieuze betekenis heeft en dus niet zozeer richtingaangevend is.

Wouter

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 13:02

Geplaatst: 27 aug 2006 04:26 pm

Eerste tocht de winter uit

Van de winter was ik weer niet jong gestorven
en ik stond dus toen ik 's morgens uitvoer
bij het eindelijk weer wijde in het krijt.

Het Randmeer mij openvouwde sluis tot sluis.

Er zijn daar staken met ertussen fuiken
wachtend op de man uit Spakenburg,
die ze eens licht en uitschudt in zijn bun.

Er is een onverschilligheid
die maakt dat ik mij opgewacht voel zijn.

Helder, wijde, helder dit niet op.
In het uitgestrekte wil ik opgeborgen zijn
als in het binnenste van een envelop.

Willem Jan Otten,
uit Eindaugustuswind,
Van Oorschot 1998

Wil

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 13:03

Geplaatst: 27 aug 2006 04:38 pm

Ik wilde dit gedicht graag plaatsen omdat ik het mooi vind,
maar zelfs met een uitleg van de dichter erbij is het nog niet makkelijk.
toch maar een poging.

Van de winter was ik weer niet jong gestorven
en ik stond dus toen ik 's morgens uitvoer
bij het eindelijk weer wijde in het krijt.


Ik werd "gepakt"door het gedicht door de eerste regel..intrigerende regel.
Uit de uitleg begrijp ik dat met de periode van winter een periode van schrijfloosheid wordt bedoeld.
Het gedicht gaat over het maken van een gedicht
Uitvaren betekend dat..weer een gedicht maken
en het eindelijk wijde,
waarbij hij in het krijt staat is het gedicht.

Het Randmeer mij openvouwde sluis tot sluis.


Iets, of iemand vouwde hem open, maakte hem weer ontvankelijk, er is een macht die dat doet.

Er is een onverschilligheid
die maakt dat ik mij opgewacht voel zijn.


Hoe minder je je drukt maakt of het nog wel lukken gaat
hoe opgewachter hij zich voelt..(door het gedicht)

Helder, wijde, helder dit niet op.
In het uitgestrekte wil ik opgeborgen zijn
als in het binnenste van een envelop.


Helder dat niet op wijde (wijde = gedicht)
Laat het vooral een mysterie blijven hoe het precies komt dat het gedicht, of de ontvankelijkheid uiteindelijk toch komt en de periode van schrijfloosheid is afgelopen

Het uitgestrekte
slaat dan weer op het gedicht,
en het daarin opgeborgen willen zijn,
dat laatse begrijp ik niet helemaal..opgeboren in het gedicht als in een envalop.

het klinkt wel mooi in ieder geval.

Wil

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Wo Mar 04, 2009 13:03

Geplaatst: 27 aug 2006 05:46 pm

Met je uitleg ga ik toch een en ander snappen, Wil :) .
Ik zou er niet op gekomen zijn dat het over het maken van een gedicht gaat.

Mooi zoals je dit hier uitlegt. Mag je nog doen :wink: .

Over de laatste strofe:
Langs de ene kant associeert hij het gedicht met "het wijde" (zoals de wijde zee????) langs de andere kant voelt hij zich ook geborgen in een gedicht (eens het gemaakt is?).
Zou het zoiets kunnen betekenen?

Groetjes. Tiba


Terug naar “Gedichten O-P-Q/R”

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 6 gasten