Geert van Istendael (ja)

Van Jan Hanlo t/m Roberto Juarroz
Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Di Feb 10, 2009 18:04

Geplaatst: 17 dec 2007 11:12 pm

Dettie schreef:
Ik ga nu slapen met mijn verdriet.
Zelf slaapt het al. Het voelt mij niet.
Jaagt het zich op van droom naar droom,
zo bang als ik voor dwalende vragen?

Ik weet het niet. Ik lig en kijk
het zwart in. Ik ben ver van het lijf
dat naast me ademt. Ik gebied
mijn hersens , tervergeefs, te doven.

Zij spinnen een eentonig lied,
verjagen slaap maar niet verdriet,
dat in zijn droom mijn slaap verbiedt.

En als het ontwaakt? Vlucht ik dan? Sla ik?
Omhels ik het? Het lichaam naast me
beweegt. Het kreunt. Ik ken het niet.

Geert van Istendael
Uit ‘ Het geduld van de dingen’ 1996
Uitg. Atlas


wat rondneuzend op de site,zie ik dit gedicht en herken veel van mezelf
Manja

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Di Feb 10, 2009 18:06

Geplaatst: 17 dec 2007 11:18 pm

Het gedicht Ik ga nu slapen met mijn verdriet is een onbarmharig eerlijke analyse van een mislukte relatie.

Is het verdriet identiek met het lichaam dat naast hem ligt?

Pieter

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Di Feb 10, 2009 18:07

Geplaatst: 18 dec 2007 09:41 am

Ik denk eerder dat het gaat over een moeilijk moment in de relatie..zoals bij iedereen wel eens voorkomt, daarom is het zo herkenbaar.

leni

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Di Feb 10, 2009 18:08

Geplaatst: 11 jan 2008 07:16 am

Muur van gestapelde stenen

Een poot heeft ooit de brokken losgewrikt
uit woud, uit akkergrond. Niet een voegt zich
naar buursteens vlakken. Stapeling beschikt
waar elk fragment zijn onbewogen doel vindt.
Steunen. Dichten. Staan. Een trouw relict,

voor helling wering, haard voor hagedis.
De hand die stapelde, zij schonk groot goed
aan beest, aan mens. Aan heuvels grijze gloed.


Voor Pepin, de murenbouwer van La Cetreda
Uit : Het geduld van de dingen - ISBN 90 254 0828 1 - Uitgeverij Atlas Amsterdam/Antwerpen

Alhoewel in de eerste plaats een ode aan een murenbouwer, zag ik hier vanmorgen ook een ode aan de dichter in. Wat denken jullie ?

Rutger
_________________
Geduld, eenvoud en mededogen (Tao).

http://blog.seniorennet.be/mijn_boekenhoekje

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Di Feb 10, 2009 18:09

Geplaatst: 12 jan 2008 06:52 pm

Net de bundel Het geduld van de dingen gelezen. Gewoon prachtig. De afdeling waarvan ik het meest genoten heb, is Een autoreis naar Zweden. Met de nodige ironie beschrijft Geert van Istendael hier niet alleen de reiziger zelf, maar ook enkele Zweedse gewoontes, en restanten van het oude Zweden van voor de industrialisatie.

Deze reis naar Zweden was alvast geen navolging van Bertus Aafjes.
Geen voetreis, niet naar Rome. Naar het noorden.

Het autowegennet trilt in de zon.


Uit : Geert van Istendael, Het geduld van de dingen, ISBN 90 254 0828 1

En ook de eetcultuur is niet altijd zo modern :
Maar wat je smaakvol eet komt er ook uit.
Voor die behoefte heb je wat wordt aangeduid
als het huisje. ...
compleet met plank, gat, deksel. Netjes, weet je,
alleen wat ouderwets. ...


Uit : Geert van Istendael, Het geduld van de dingen, ISBN 90 254 0828 1

Hij omschrijft Zweden als volgt :
Dit is het land van leegte, een wijde kooi
van zomer. Leegte, dat zij bomen, meren,
die buiten de mens om zichzelf beheren.


Uit : Geert van Istendael, Het geduld van de dingen, ISBN 90 254 0828 1


Ook de afdeling Alle vlees, opgedragen aan alle vrouwen, vind ik heel geslaagd. Doorheen deze afdeling klinkt een lichte erotische ondertoon.
Na spel en vuur en water
droogt zij zich af.
Onhoorbaar speelt de groffe stof muziek,
haar handdoek begeleidt haar
benen, haar billen, haar buik.
Zie hoe haar knieën wiegen.
Waar ze voor mij nat was daarstraks
trekt ze met beide handen ritme strak.
Bij droogte dreigt weer brand.


Uit : Geert van Istendael, Het geduld van de dingen, ISBN 90 254 0828 1, blz. 30, Valse propre


Rutger

_________________
Geduld, eenvoud en mededogen (Tao).

http://blog.seniorennet.be/mijn_boekenhoekje

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Di Feb 10, 2009 18:11

Geplaatst: 12 jan 2008 06:58 pm

Ik vroeg me af of het gedicht Ik ga nu slapen met mijn verdriet
werkelijk om een ander persoon gaat of een alter ego.

manja croiset

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Di Feb 10, 2009 18:12

Geplaatst: 13 jan 2008 05:21 pm

Rutger schreef:
Alhoewel in de eerste plaats een ode aan een murenbouwer, zag ik hier vanmorgen ook een ode aan de dichter in. Wat denken jullie ?


Ik vind het een erg moeilijk gedicht Rutger en moet het nog vaker lezen tot ik 'het licht' zie.

Dettie

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Di Feb 10, 2009 18:13

manja croiset schreef:
Ik vroeg me af of het werkelijk om een ander persoon gaat of een alter ego.



Het gedicht begint met: Ik ga nu slapen met mijn verdriet.

Ik denk een alter ego manja. Het verdriet is een onderdeel van hem.

Dettie

tiba
Berichten: 585
Lid geworden op: Za Feb 07, 2009 00:58

Berichtdoor tiba » Di Mar 23, 2010 18:27

Armoede, jij was grauw. Gehaat door lege maag,
met blote handen, blauw geverfd in kou, geweerd.
Vergeefs. Jij kwam. Jij trok naar alle landen,
alle hutten sloop jij binnen. Taai. Gestaag.
En bleef. Jij woonde. Hoonde. Leegde de schapraaien,
doofde ovens, holde kinderogen uit.
De mensen vraten grond. Want in hun huid stond zwart
je wapenspreuk gebrand: Gij zult slechts stenen zaaien.

Wij hebben je verjaagd. Voorgoed. Zo dachten wij.
Maar nee, daar sta je weer. Je lacht en lonkt, omhangen
met glitter op krediet, je bek vol rijstebrij,
je billen al te vet, een waggelend banket,
je boert en hikt: "Ik! Ik!" Je vleit ons, wilt ons vangen
en wurgen. Jáág haar wég! Het is de hoogste tijd.


Geert van Istendael
uit?
Ik weet niet of dit gedicht gebundeld is, zag het gedicht vandaag op een grote poster staan.
Ben ook niet zeker of de regelindeling volledig correct is (want van internet geplukt).
In elk geval beklijvend gedicht!

Tiba.

PieterD
Berichten: 505
Lid geworden op: Zo Feb 15, 2009 10:15
Locatie: Den Bosch

Berichtdoor PieterD » Di Mar 23, 2010 20:33

Heel sterk gedicht, Tiba. Opvallend was dat na eerste lezing mij het rijm helemaal niet opviel. Als je zo'n sterke taal gebruikt is rijm dus overbodig.
Pieter

mira
Berichten: 616
Lid geworden op: Za Feb 07, 2009 20:10

Berichtdoor mira » Do Mar 25, 2010 20:15

Een gedicht dat je bij de strot grijpt, maar zonder overacting.
De volgehouden verpersoonlijking, a.h.w. vlijmscherp gekerfd met een mes: jij kwam..., sloop..., hoonde..., leegde..., holde uit...,

En daaarna, a.h.w. een dubbelbeeld: je lacht..., lokt..., vleit.., maar wil ons vangen..., wurgen...

Een (h)eerlijk, meesterlijk gedicht.

mira

tiba
Berichten: 585
Lid geworden op: Za Feb 07, 2009 00:58

Berichtdoor tiba » Vr Mar 26, 2010 21:14

Jij kwam. Jij trok naar alle landen,
alle hutten sloop jij binnen. Taai. Gestaag.
En bleef. Jij woonde. Hoonde. Leegde de schapraaien,


Je moet het schrijnende van de armoede maar zó kunnen verwoorden... deze dichter verdient meer aandacht volgens mij.

Tiba.

WilV
Berichten: 38
Lid geworden op: Zo Feb 15, 2009 23:40

Berichtdoor WilV » Za Mar 27, 2010 21:13

Vergeefs. Jij kwam. Jij trok naar alle landen,
alle hutten sloop jij binnen. Taai. Gestaag.
En bleef. Jij woonde. Hoonde. Leegde de schapraaien,
doofde ovens, holde kinderogen uit.
De mensen vraten grond. Want in hun huid stond zwart
je wapenspreuk gebrand: Gij zult slechts stenen zaaien


Indrukwekkend Tiba.

En ook de overgang van ver naar dichtbij,
ánders natuurlijk, maar ook dichtbij is armoede.

Mooi zo'n poster zomaar ergens.
Zet mensen aan het denken. Als het goed is.

Willeke

mira
Berichten: 616
Lid geworden op: Za Feb 07, 2009 20:10

Berichtdoor mira » Ma Mar 29, 2010 21:55

Wat mij hier zo opvalt in dit gedicht zijn de twee gezichten van de armoede: het grauwe en de glitter, dit laatste o.m. door deze meedogenloze maatschappij met zijn verlokkingen van kredieten, mee moeten met de rest, de stand hoog houden etc. Dit wordt zelden verwoord, me dunkt.
En hier is dit alles zo weergaloos 'verdicht'.

Zo is de 'wapenspreuk': 'gij zult slechts stenen zaaien' meedogenloos.

Het klinkt bijbels, als een oudtestamentische vloek. Ik weet niet of dit volledig uit het brein van de dichter komt, of is dit een verwijzing naar een oudere tekst (ik denk niet naar de Griekse myhe van Deucalion en Pyrrha die na de zondvloed stenen achter zich wierpen, waaruit een nieuw mensengeslacht ontstond)?
Weet iemand hier meer over?

mira

PieterD
Berichten: 505
Lid geworden op: Zo Feb 15, 2009 10:15
Locatie: Den Bosch

Berichtdoor PieterD » Di Mar 30, 2010 07:23

Het lijkt inderdaad op een vloek die volgens mij betekent: jullie kunnen geen liefde meer voortbrengen, het harde leven heeft jullie gevoel tot steen verhard. Het kan een variatie zijn op de Bijbelse metafoor: hun zaad zal op onvruchtbare aarde vallen.
Pieter

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Di Mar 30, 2010 08:29

tiba schreef:Armoede, jij was grauw. Gehaat door lege maag,
met blote handen, blauw geverfd in kou, geweerd.
Vergeefs. Jij kwam. Jij trok naar alle landen,
alle hutten sloop jij binnen. Taai. Gestaag.
En bleef. Jij woonde. Hoonde. Leegde de schapraaien,
.


Ik wist niet wat een schapraai was maar dat is dus een provisiekast

Geert van Istendael (1947) is journalist, dichter en essayist. Hij is vooral bekend als schrijver van bekentenissen over zijn haat-liefdeverhouding met België, Brussel en de Vlaamse zelfgenoegzaamheid. Zo heftig als hij daarin tekeergaat, zo beheerst is zijn poëzie. Steeds staan tijd, ruimte en verwondering centraal in zijn levendige, toegankelijke gedichten. Bij een groot lezerspubliek heeft hij vooral bekendheid verworven met boeken als Het Belgisch labyrint, De schoonheid van de wanstaltigheid en Alle uitbarstingen. In 2005 verscheen Mijn Nederland, als antwoord op de vraag Holland te verklaren voor radeloze Hollanders. Van Istendael wordt gewaardeerd als vertaler van Duitse auteurs: Goethe, Heine, Brecht, Fried en Kahlau.

Hier kun je luisteren naar Van Istendael

http://www.radioboeken.eu/author.php?id=23&lang=NL

Dettie

mira
Berichten: 616
Lid geworden op: Za Feb 07, 2009 20:10

Berichtdoor mira » Ma Apr 05, 2010 21:31

Pieter schreef:

Het lijkt inderdaad op een vloek die volgens mij betekent: jullie kunnen geen liefde meer voortbrengen, het harde leven heeft jullie gevoel tot steen verhard. Het kan een variatie zijn op de Bijbelse metafoor: hun zaad zal op onvruchtbare aarde vallen.


Ik weet niet of dit zo figuurlijk kan geïnterpreteerd worden als jij zegt, Pieter, nl. in de zin van: jullie kunnen geen liefde meer voortbrengen (al sluit ik dit niet uit).
De dichter zegt eerst:'De mensen vraten grond', d.w.z. ze hadden zo'n honger en niets, maar ook niets te eten, hun akkers waren leeg, letterlijk.
En dan volgt de 'wapenspreuk', 'je wapenspreuk' zegt de dichter, gericht tot het gedrocht Armoede:'Gij zult slechts stenen zaaien'.
De bijbelse metafoor waarop jij doelt komt uit de parabel van de zaaier (zo noemen wij dat hier).
En inderdaad, daaraan had ik nog niet gedacht!
Daar zaait de zaaier wel op stenen, niet de stenen zelf, maar het is heel goed mogelijk dat de dichter dat in gedachten had!
Tenzij...iemand een betere verklaring heeft.

mira

tiba
Berichten: 585
Lid geworden op: Za Feb 07, 2009 00:58

Berichtdoor tiba » Ma Apr 05, 2010 21:48

mira schreef:Pieter schreef:

Het lijkt inderdaad op een vloek die volgens mij betekent: jullie kunnen geen liefde meer voortbrengen, het harde leven heeft jullie gevoel tot steen verhard. Het kan een variatie zijn op de Bijbelse metafoor: hun zaad zal op onvruchtbare aarde vallen.


Ik weet niet of dit zo figuurlijk kan geïnterpreteerd worden als jij zegt, Pieter, nl. in de zin van: jullie kunnen geen liefde meer voortbrengen (al sluit ik dit niet uit).
De dichter zegt eerst:'De mensen vraten grond', d.w.z. ze hadden zo'n honger en niets, maar ook niets te eten, hun akkers waren leeg, letterlijk.
En dan volgt de 'wapenspreuk', 'je wapenspreuk' zegt de dichter, gericht tot het gedrocht Armoede:'Gij zult slechts stenen zaaien'.
De bijbelse metafoor waarop jij doelt komt uit de parabel van de zaaier (zo noemen wij dat hier).
En inderdaad, daaraan had ik nog niet gedacht!
Daar zaait de zaaier wel op stenen, niet de stenen zelf, maar het is heel goed mogelijk dat de dichter dat in gedachten had!
Tenzij...iemand een betere verklaring heeft.

mira


Ik denk dat Pieter gelijk heeft met de bijbelse metafoor en dat het hier idd. gaat over de parabel van de zaaier (al was ik die naam compleet vergeten), maar met een omkering: niet de grond is vol stenen, maar wat men doet is stenen zaaien (al even uitzichtsloos en nog meer zonder gevolg). Maar verder denk ik niet dat het gaat om "jullie kunnen geen liefde meer zaaien". Dit gedicht is een aanklacht tegen de armoede.
Volgens mij evoceert dit 'gij zult slechts stenen zaaien' de uitzichtloosheid van wat men ook probeert in een dergelijke situatie. Het komt maar niet goed.

Tiba.

tiba
Berichten: 585
Lid geworden op: Za Feb 07, 2009 00:58

Berichtdoor tiba » Do Apr 08, 2010 22:20

Wij hebben je verjaagd. Voorgoed. Zo dachten wij.
Maar nee, daar sta je weer. Je lacht en lonkt, omhangen
met glitter op krediet, je bek vol rijstebrij,
je billen al te vet, een waggelend banket,
je boert en hikt: "Ik! Ik!" Je vleit ons, wilt ons vangen
en wurgen. Jáág haar wég! Het is de hoogste tijd.


Even de laatste strofe gekopieerd.

Ik weet niet of alles me volledig duidelijk is:
Het begin: de dichter denkt dat de armoede is verjaagd.
En verder: maar die is er weer, om ons heen in onze Europese welvaartmaatschappij waar op krediet wordt gekocht en nieuwe armen ontstaan.
Maar dan:
je billen al te vet, een waggelend banket,
je boert en hikt:"Ik! Ik!" Je vleit ons, wilt ons vangen
en wurgen.

Stelt de dichter zich in de plaats van diegenen die "in de val zijn gelokt", of bedoelt hij dat wij ook in die valstrik kunnen lopen?

Tiba.

mira
Berichten: 616
Lid geworden op: Za Feb 07, 2009 20:10

Berichtdoor mira » Di Apr 20, 2010 21:27

Tiba schreef:

Stelt de dichter zich in de plaats van diegenen die "in de val zijn gelokt", of bedoelt hij dat wij ook in die valstrik kunnen lopen?


Ik weet niet of je vraag zo relevant is, Tiba.
Toch even proberen.

'Wij' van de 2° strofe, daar lijkt de dichter zich te vereenzelvigen met de huidige maatschappij, de welvaartmaatschappij, want 'wij' hebben de armoede verjaagd en 'wij' dachten dat ze weg was.
Maar 'wij' worden door haar verlokt, dat 'wij', dat lijkt me op iedereen te slaan (want iedereen kan tegenslag hebben, iedereen kan door omstandigheden in de miserie geraken) maar vooral toch op de zwakkeren in de samenleving.

mira

tiba
Berichten: 585
Lid geworden op: Za Feb 07, 2009 00:58

Berichtdoor tiba » Za Apr 24, 2010 21:24

Lijkt me een goede verklaring.

Tiba.

Dettie
Berichten: 10694
Lid geworden op: Do Jan 15, 2009 00:00
Contact:

Berichtdoor Dettie » Do Okt 14, 2010 08:56

De dichter

Mijn verzen zijn zo dun als dit papier,
mijn letters, sporen in de sneeuw die smelt.
Ik ben de dichter. Dichters? Ach,
dat zit te rijmen in fluwelen kamers,
ze zijn te koop voor drank en zilvergeld.

Ik ga het huis uit. Loop de bedelaars voorbij.
De lucht is rauw. Zij knielen voor de god
Barmhartigheid. Die god is dood. Ik buig
voor een godin in stervensnood. Zij heeft
een warme boezem, brede armen, zij kon
omhelzen, voeden. Haar naam is Solidariteit.

De vingers van de dichter schrijven raadsels
op rimpels, dove oren, stramme handen.
Ons wacht de donkere poort, ons allemaal.

Er waait een koude wind. Vertel, wat is er gaande?
Vertel vooral het sprookje
dat deze nieuwe eeuw vergeten wil,
een groot verhaal van Solidariteit.

Vertel mij van sociale zekerheid.


Geert van Istendael (1947)
uit: Sociale zekerheid (2010)

Er is een nieuwe bundel uit van Geert van Istendael waaruit dit gedicht komt. Ik moet het nog een paar keer lezen voor ik er verder wat over kan zeggen, wordt vervolgd.

Dettie

Lezer100
Berichten: 154
Lid geworden op: Do Aug 05, 2010 10:35
Locatie: Vlaanderen
Contact:

Berichtdoor Lezer100 » Vr Okt 15, 2010 08:07

Dettie schreef:
Er is een nieuwe bundel uit van Geert van Istendael waaruit dit gedicht komt. Ik moet het nog een paar keer lezen voor ik er verder wat over kan zeggen, wordt vervolgd.
Dettie


In een woord samengevat, subliem. Maar even laten bezinken vooraleer ik dit in meer woorden uitdrukken kan. In ieder geval een bundel, die binnenkort in onze boekenkast zal staan.

Lezer100

Lezer100
Berichten: 154
Lid geworden op: Do Aug 05, 2010 10:35
Locatie: Vlaanderen
Contact:

Berichtdoor Lezer100 » Vr Okt 15, 2010 14:35

Dettie schreef:De dichter

Mijn verzen zijn zo dun als dit papier,
mijn letters, sporen in de sneeuw die smelt.
Ik ben de dichter. Dichters? Ach,
dat zit te rijmen in fluwelen kamers,
ze zijn te koop voor drank en zilvergeld.

Ik ga het huis uit. Loop de bedelaars voorbij.
De lucht is rauw. Zij knielen voor de god
Barmhartigheid. Die god is dood. Ik buig
voor een godin in stervensnood. Zij heeft
een warme boezem, brede armen, zij kon
omhelzen, voeden. Haar naam is Solidariteit.

De vingers van de dichter schrijven raadsels
op rimpels, dove oren, stramme handen.
Ons wacht de donkere poort, ons allemaal.

Er waait een koude wind. Vertel, wat is er gaande?
Vertel vooral het sprookje
dat deze nieuwe eeuw vergeten wil,
een groot verhaal van Solidariteit.

Vertel mij van sociale zekerheid.



De dichter slaagt er hier in, op een ironische (sarcastisch is misschien wat overdreven) manier een ironische visie op het dichterschap te combineren met een ironische visie op de sociale zekerheid. Een dichter is er echt niet beter aan toe dan de bedelaars langs de straat.

Mijn verzen zijn zo dun als dit papier,
mijn letters, sporen in de sneeuw die smelt.
Ik ben de dichter.


Dit vind ik een prachtig voorbeeld van zelfkennis. De gedichten blijven als het ware zo lang bestaan, als het middel waarmee ze geschreven zijn. Oftewel de roem van de vergankelijkheid.

Lezer100

Lezer100
Berichten: 154
Lid geworden op: Do Aug 05, 2010 10:35
Locatie: Vlaanderen
Contact:

Berichtdoor Lezer100 » Vr Okt 15, 2010 14:40

tiba schreef:Armoede, jij was grauw. Gehaat door lege maag,
met blote handen, blauw geverfd in kou, geweerd.
Vergeefs. Jij kwam. Jij trok naar alle landen,
alle hutten sloop jij binnen. Taai. Gestaag.
En bleef. Jij woonde. Hoonde. Leegde de schapraaien,
doofde ovens, holde kinderogen uit.
De mensen vraten grond. Want in hun huid stond zwart
je wapenspreuk gebrand: Gij zult slechts stenen zaaien.

Wij hebben je verjaagd. Voorgoed. Zo dachten wij.
Maar nee, daar sta je weer. Je lacht en lonkt, omhangen
met glitter op krediet, je bek vol rijstebrij,
je billen al te vet, een waggelend banket,
je boert en hikt: "Ik! Ik!" Je vleit ons, wilt ons vangen
en wurgen. Jáág haar wég! Het is de hoogste tijd.

Geert van Istendael
Tiba.


Staat in een gedichtenbundeltje, uitgegeven naar aanleiding van een gedichtenwedstrijd, georganiseerd door het ACW in België, naar aanleiding van Rerum Novarum 2009). Google eens gewoon op de eerste woorden van het gedicht om het document te vinden dat online staat.

Lezer100


Terug naar “Gedichten H-I-J”

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 5 gasten